SALT LAKE CITY - Onvergetelijke beelden waren het, die met waterlanders in de olympische annalen zijn bijgeschreven. Het Japanse schansspringteam won vier jaar geleden tijdens de Winterspelen in Nagano voor eigen publiek goud, waarna het bijna verdronk in het door het viertal zelf gecreëerde tranendal. Emoties in het kwadraat, die gisteren tijdens het teamspringen van de K120-schans in Salt Lake City achterwege bleven.
|
Martin Schmitt. (Foto: glenn wassenbergh)
|
Natuurlijk waren de Duitsers dolgelukkig met het veroveren van de gouden plak, maar van echte spanning was gisteren tijdens de strijd tussen de titelfavorieten eigenlijk nauwelijks sprake. Finland, vooraf misschien nog wel hoger ingeschat dan het Duitse team, stond na de eerste van de twee springrondes simpelweg al op een te grote achterstand. Janne Ahonen deed in de laatste sprong nog wel een ultieme poging zijn team langs het Duitse sneeuwsquadron te vliegen, maar zijn zweefvlucht zou, zo bleek even later, een metertje te vroeg landen. Martin Schmitt kon in de laatste sprong 'op safe' gaan, hetgeen de Duitser dan ook deed. Welgeteld ééntiende puntje bleef de Duitse equipe de Finnen uiteindelijk voor, zo'n klein verschil was in de olympische statistieken niet eerder neergezet.
Zoals gezegd, de Duitse wangen bleven traanloos, hetgeen wellicht ook wat te maken had met de teleurstelling over de eerder door de Duisters geleverde prestaties op de individuele nummers. Met name Sven Hannawald en Martin Schmitt kwamen met een stevige honger naar medailles naar Utah, maar keren bijna net zo hongerig weer huiswaarts. Hannawald greep nog wel zilver op de K90, maar bleef op het Koningsnummer (K120) zonder edelmetaal. En Schmitt kwam op de individuele nummers helemaal niet in het stuk voor.
Samen met Stephan Hocke en Michael Uhrmann veroverde het tweetal gisteren dan toch het felbegeerde goud, ten koste van naaste concurrent Finland, dat in Matti Hautamaeki de beste springer van de dag had. In zijn beide rondes legde hij de meeste 'airmiles' af, maar zijn teamgenoten lieten in de andere rondes net even te veel steekjes vallen, om aanspraak te mogen maken op de gouden plak.
Wrang genoeg voor de Duitsers, Finnen en de verrassende bronspakkers Slovenië, ging de meeste aandacht gisteren uit naar een man die helemaal niet op het podium belandde. Simon Ammann, met zijn twee gouden plakken op de individuele nummers de 'golden boy' van het olympische schansevenement, bleef met zijn Zwitserse teamleden ver verwijderd van het podium, maar desondanks kon hij alle aandacht voor zijn persoontje gisteren nauwelijks beantwoorden. Zijn olympische 'goldrush' heeft niet alleen in Salt Lake City, maar ook tot ver buiten de grenzen van de mormonenstad tot een ware 'Ammannia' geleid. Een Zwitserse luchtvaartmaatschappij heeft de 'vliegende Zwitser' al benaderd voor promotionele doeleinden en in Amerika zijn de productieteams van de beroemde talkshows van Jay Leno en David Letterman al dagen op jacht naar een televisieoptreden van de 'Harry Potter-kloon'.
De Zwitserse coach Gary Furrer had de Ammann-gekte met gefronste wenkbrauwen aangezien. "Simon kan er niets aan doen, maar al deze aandacht is de sfeer binnen het team zeker niet ten goede gekomen", aldus Furrer, die duidelijk teleurgesteld was met de uiteindelijke zevende plaats van zijn kwartet. "We werden als team plotseling geconfronteerd met een echte olympische ster, terwijl we normaal altijd heel rustig en uitgebalanceerd werken. Ammann was ineens het stralende middelpunt, dan is het wel eens moeilijk je te herinneren waar je het succes allemaal aan te danken hebt en ook de rest van het team te blijven motiveren."
De arme Ammann kon er in feite ook niets aan doen. "Op deze massahysterie was ik niet voorbereid. Alles wat ik heb gedaan is gewoon springen zoals ik altijd spring, er is echt geen tovenarij aan te pas gekomen", reageerde hij, met een knipoog naar de roman- en filmheld Harry Potter, de nieuwe bijnaam van de olympische held.
Het laatste woord was voor Martin 'The Eagle' Schmitt, die gisteren als slotspringer van e Duitsers bijna zijn vleugels verloor. "Ik wist dat het bij de laatste sprong tussen mij en Janne (Ahonen) ging en dacht dat ik wel 'op zeker' kon gaan. Daardoor had ik een matige afsprong en moest ik tijdens de vlucht toch nog flink werken om voldoende meters te maken. Dat we uiteindelijk ééntiende punt hebben overgehouden, lag natuurlijk niet in de planning. Maar het is voldoende voor goud, en daar draait alles om."