KANDAHAR - Zes Al-Qaeda-strijders zijn gisteren omgekomen tijdens een aanval van Afghaanse en Amerikaanse troepen op een ziekenhuis in de zuid-Afghaanse stad Kandahar. Bij de aanval raakten enkele Afghaanse soldaten gewond.
Een commandant van de Amerikanen benadrukte dat de Amerikaanse soldaten slechts ondersteunende taken hadden verricht.
Veel Amerikanen droegen buttons met "I love New York", een verwijzing naar de stad waar op 11 september twee vliegtuigen zich in de WTC-torens boorden.
De zes behoorden tot een groep van ongeveer tien gewonde soldaten die op zeven december naar het ziekenhuis werden gebracht, net voor de stad in handen zou vallen van de anti-Taliban coalitie. Gedurende zeven weken verschansten zij zich in het ziekenhuis. Enkele strijders wisten te ontsnappen, terwijl er twee konden worden overmeesterd. De groep had gedreigd het ziekenhuis op te blazen als iemand behalve een dokter zich op hun zaal zou wagen.
De Afghaanse interim-premier Karzai bracht tijdens het incident in Kandahar een bezoek aan Washington. In de Afghaanse ambassade bedankte hij de Amerikanen voor hun inzet bij de verdrijving van het Taliban-regime.
Karzai liet weten dat hij hoopt op uitbreiding van de internationale vredesmacht met Amerikaanse troepen, niet alleen in de hoofdstad Kaboel, maar ook in de rest van het land.
Een woordvoerder van het Witte Huis reageerde later met de mededeling dat Amerika zich slechts beperkt kan bezighouden met het handhaven van de wereldvrede.
Het Amerikaanse weekblad Newsweek meldde dat Maleisië voor Al-Qaeda een basis was tijdens de voorbereidingen van de aanslagen van 11 september. Een voormalig kapitein van het Maleisische leger wordt door de FBI ervan verdacht contacten met Osama Bin Laden te hebben gehad.
(AP/Reuters/ANP)