door Pieter Nijdam PARIJS - Haat, nijd en achterklap. Met nog slechts drie maanden te gaan tot de verkiezingen in Frankrijk, bepalen die drie elementen momenteel de sfeer in de Socialistische Partij (PS). Terwijl hun leider Lionel Jospin zich formeel nog niet eens kandidaat heeft gesteld voor het presidentsambt, rollen achter de schermen de vier kopstukken van Frankrijks grootste partij over elkaar heen.
Als Jospin op 5 mei de zittende president Chirac weet te verslaan bij de presidentsverkiezingen - en daar twijfelen de socialisten niet aan - wie moet er dan premier worden na wederom een linkse overwinning bij de parlementsverkiezingen van 16 juni?
Burgemeester Martine Aubry van Lille, PS-voorzitter François Hollande, minister Laurent Fabius van Financiën en diens voorganger Dominique Strauss-Kahn hebben de afgelopen dagen hun ambities voor dit prestigieuze ambt niet onder stoelen of banken gestoken.
De een vindt de ander zo mogelijk nog ongeschikter dan prominenten uit de rechtse oppositie, die ook in zijn voor het premierschap. Zij laten dan ook niet na om op subtiele wijze Jospin te wijzen op de tekortkomingen van hun rivalen. Want binnen de hiërarchische spelregels van de PS is het recht de nieuwe premier aan te wijzen alleen voorbehouden aan de partijleider, mocht die zelf niet beschikbaar zijn.
Voor Martine Aubry heeft Jospin een persoonlijk zwak. De dochter van de voormalig voorzitter van de Europese Commissie Jacques Delors is een socialiste van de oude stempel en dat is Jospin met zijn trotskistische verleden in wezen ook. Dat Aubry als ex-minister op flagrante wijze heeft gefaald met de invoering van de 35-urige werkweek en het zinkende schip van Sociale Zaken vroegtijdig verliet, is haar opmerkelijk genoeg nooit aangerekend.
Sluw
Toen ze nog beiden minister waren, vlogen Martine Aubry en Dominique Strauss-Kahn elkaar regelmatig in de haren. De sluwe en juist zéér pragmatisch ingestelde DSK is de absolute tegenpool van de oud-minister van Sociale Zaken. Reeds in een vroegtijdig stadium luidde hij de noodklok rond de invoering van de 35-urige werkweek. Hij heeft gelijk gekregen, want anno 2002 zit de regering met de handen in het haar over de financiering van dit miljarden verslindende project.
DSK gaat het zeker ver schoppen in de Franse politiek. Premier en zélfs president behoren ooit tot de mogelijkheden, maar wellicht is het daarvoor nog iets te vroeg. Hoewel hij werd vrijgesproken in een omvangrijke fraudezaak, hangt er nog steeds een lichte geur van corruptie rond deze flamboyante linkse politicus. "DSK moet gewoon nog wat geduld hebben", zeggen ingewijden in Matignon, het werkpaleis van premier Jospin.
Schandaal
Hij kan daarbij een voorbeeld nemen aan Laurent Fabius, die zijn politieke carrière eind jaren tachtig onderbroken zag door zijn betrokkenheid als premier bij een omvangrijk schandaal rond met hiv-virus besmette bloedtransfusies. Na tien jaar reservebank in het parlement, mocht hij in november 1999 terugkomen als opvolger van DSK op het ministerie van Financiën en Economie.
De ambitieuze dandy van het kabinet-Jospin ziet in een nieuw premierschap pas écht eerherstel voor zijn geschonden blazoen. Probleem echter is zijn relatie met de socialistische voorman. Gedurende de jaren-Mitterrand bevochten zij elkaar te vuur en te zwaard om de gunst van de toenmalige socialistische president en dat is Jospin nooit vergeten.
Als de socialistische leider zijn keuze tussen deze drie prominente socialisten niet kan maken, is er altijd nog PS-voorzitter François Hollande. Deze aalgladde 'luitenant' van Jospin heeft veruit de minst intellectuele bagage. Maar dat kan ook in zijn voordeel werken. Immers, wat moet een president met een premier die slimmer is dan hijzelf? |