Tamar van den Dop en Thomas Acda
in nieuwe film van Ger Poppelaars
Fantasie wint in 'Missing Link'
door Eric Koch
"Is het omdat ik een eenvoudige sigarenboer ben?" klinkt het wanhopig. "Ben
ik te min voor je?" Zonder uitleg schiet de jonge vrouw de winkel uit. Wat
moet ze zeggen? Zo simpel ligt een relatie voor een ongetrouwde moeder niet
in de jaren vijftig op Terschelling. In de Nederlandse speelfilm 'Missing
Link', die momenteel wordt opgenomen, is hun geluk deels afhankelijk van
haar zoontje. Zijn speurtocht naar de ware identiteit van zijn vader leidt
'm naar een expeditie in Afrika en dat avontuur zal uiteindelijk iedereen
samenbrengen.

Niet dat happy end, maar vooral de fantasie van de kleine hoofdpersoon trok Tamar van den Dop in het scenario aan. (Op de foto met filmzoon Nick van Buiten). "Zijn verbeelding levert een paar hele bijzondere scènes op. Dromen, dat
moet je met film doen. Al moet je altijd maar afwachten hoe dat uiteindelijk
op het doek uitpakt. Maar tot dusver ben ik in dat opzicht heel gelukkig
geweest." Na haar sprankelende debuut tegenover Thom Hoffman, Pierre Bokma
en Gijs Scholten van Aschat in het sfeervolle 'De Provincie' maakte ze indruk
in de tv-serie 'Zwarte Sneeuw' en speelde ze een ontroerende juffrouw Te
George in 'Karakter'.
Drie decennia later dan het verhaal van Bordewijk spelen de gebeurtenissen
in 'Missing Link' zich af. "Zo leer je spelenderwijs iets van onze vaderlandse
geschiedenis", glimlacht Tamar. "In de tijd van 'Karakter' was ik altijd
al geïnteresseerd, maar gevoelsmatig had ik niets met de jaren vijftig.
Een beetje een plastic periode, dacht ik. Maar toen ik me er een beetje
in verdiepte, bleek het een heel vrouwelijk tijdperk, met die hoge hakken,
elegante jurken, handtasjes en puntbeha's.
Die mode geeft je een gevoel van die tijd, net als journaals uit die jaren.
Je gaat je realiseren dat de keuzes toen anders lagen. De sociale controle
was groter, abortus was moeilijk bespreekbaar. Daarom verhuist Lydia na
haar stormachtige romance met een getrouwde man naar Terschelling. Ze verschuilt
zich min of meer. De zoektocht van haar zoontje naar zijn vader dwingt haar
uiteindelijk een confrontatie met haar verleden en met zichzelf aan te gaan."

De dubbele laag in het verhaal sprak regisseur Ger Poppelaars aan. (Links Tamar van den Dop, Thomas Acda luistert.) "Missing Link moet een familiefilm worden. De jeugd moet meeleven met
de avonturen van de jonge Rick en het vriendinnetje dat hem op zijn reis
vanuit Terschelling vergezelt. Ouderen voelen mee met de dilemma's van de
volwassen personages. Allemaal moeten ze dromen en realiteit in overeenstemming
met elkaar brengen."
Fantasie en werkelijkheid botsten eerder in zijn bioscoopdebuut 'De drie
beste dingen van het leven'. "Dat thema kenmerkt het leven. Zonder dromen
ga je dood, maar je moet je ook in het dagelijks bestaan kunnen handhaven.
Dat is volwassen worden. Een louteringsproces, waarbij je iets verliest
om als mens uiteindelijk rijker te worden. Een illusie armer, maar wijzer
geworden. En in staat om te blíjven dromen."
Reden om een tijd te wachten met zijn tweede film. "Met veel liefde heb
ik de afgelopen jaren documentaires gemaakt. Filmscenario's heb ik genoeg
onder ogen gekregen, maar geen had de verbeelding van dit verhaal. Die probeer
ik over te brengen. Ik prijs me gelukkig met de steun van cameraman Walter
van den Ende, die indertijd verantwoordelijk was voor de magische beelden
van 'Toto le heros'."
Polygoonjournaals
Het decor van de jaren vijftig brengt hem terug naar zijn vroegste jeugdjaren.
Hij lacht. "Behalve naar Polygoonjournaals uit die tijd heb ik ook weer
eens naar de familiefilmpjes van mijn vader gekeken. Een interessante periode.
De tijd van de zuinigheid en de weckpotjes. De jaren ook van ordening en
helderheid. Alles was zwart-witter dan nu. Rusland en China waren fout,
alles van Amerika was goed. Die simpelheid geeft 'Missing Link' voor oudere
kijkers wellicht ook iets nostalgisch.
Journaalopnames en foto's van toen scherpen je blik. Om de illusie niet
te verstoren mag er geen detail mis zijn. De benadering van het leven was
anders toen, het tempo, de manier van denken. Je moet de rust en de stilte
in de filmbeelden voelen. Zoals je bijna moet ervaren dat de ortholaan in
die jaren nog niet is uitgestorven. Accenten geven een film kracht."
Zo diep ging de voorbereiding van Thomas Acda niet. "Dat heb ik voor mijn
personage niet nodig. Hij is zo'n stille, vriendelijke man van alle tijden.
Zo iemand die je altijd over het hoofd ziet. In de kroeg spreek ik die mensen
graag aan. Wat de luidruchtige figuren te melden hebben, dat hoor je toch
wel. Ik ben geïnteresseerd wat er in het hoofd van die stillere types omgaat.
Voor mijn personage is Lydia de vrouw van zijn leven, zijn laatste kans
wellicht op huiselijk geluk. Dat is gemakkelijk in te voelen, net als de
emoties van die voetbalvrienden in 'All Stars'", verwijst hij naar de film waarin hij als keeper een geslaagd filmdebuut
maakte. "Half Nederland heeft op druilerige zondagmiddagen in voetbalkleedkamers
gezeten. En voetbalvrouwen herkennen dat fanatisme van hun eega's maar al
te goed. 't Was niet zo moeilijk om te voorspellen dat die film een succes
zou worden. Ook al vanwege de bekendheid van jongens als Danny de Munk en
Anthony Kamerling."
Ook Acda had in 'Goede Tijden, Slechte Tijden' kunnen spelen, maar bedankte.
"Ik heb de castingmensen duidelijk gemaakt dat ik alleen in 'In voor- en
tegenspoed.' wilde aantreden. Daar ben ik uiteindelijk voor gevraagd." Zijn
grootste belangstelling gaat uit naar zijn rock 'n roll-cabaret, zoals hij
zijn samenwerking met Paul de Munnik noemt. "Onze laatste plaat heeft al
elfduizend stuks verkocht. Ze zijn blij met ons bij Sony." Hij knipoogt.
"Mooie baan, popster."
Première 24 juli 1997
|