AMSTERDAM - De ongeveer 1200 arbeidsdeskundigen van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), die bepalen welke zieke werknemers een wao-uitkering krijgen, falen op bijna alle fronten. Deze vernietigende conclusie trekt de Inspectie Werk & Inkomen (IWI) in een nog vertrouwelijk onderzoek. Het UWV vindt het onderzoek onrecht doen aan zijn werkzaamheden en noemt publicatie ervan 'onverantwoord'.
Het is de zoveelste klap in het gezicht van de publieke uitkeringsreus. Het UWV kampt nog volop met de naweeën van een grootscheepse reorganisatie als gevolg van de fusie van vijf uitvoeringsstellingen (waaronder GAK en Cadans) naar één. Daarnaast is er een grote achterstand in afhandeling van dossiers en kent de uitvoeringsinstelling een groot personeelsverloop. Ervaren keuringsartsen en arbeidsdeskundigen (eenderde is nog in opleiding) worden node gemist. Tot overmaat van ramp wil de invoering van een nieuw computersysteem voor de wao-beoordeling, het zogenoemde CBBS, niet erg vlotten. En last but not least kwam daar de invoering op één april van de Wet Verbetering Poortwachter nog eens over heen. Deze wet loopt vooruit op een strenger wao-stelsel en verplicht werkgevers, werknemers en arbodiensten beter samen te werken om de wao-instroom in te dammen. De wet is een papieren tijger, zo melden UWV-ingewijden en concrete richtlijnen voor een goede implementatie ontbreken.
Het IWI, dat pas sinds enkele maanden toezicht houdt op de uitvoering van de sociale zekerheid in ons land, slaat zijn piketpaal. De inspectie richt zich in het conceptrapport 'Geschikt of ongeschikt, de rol van arbeidsdeskundigen bij de wao-beoordeling', vooral op het Functie Informatie Systeem (FIS, de voorganger van CBBS) en hekelt de wijze waarop arbeidsdeskundigen hiermee omgaan. FIS levert aan de arbeidsdeskundigen een lijst van 9000 functies op basis waarvan de zogenoemde verdiencapaciteit wordt vastgesteld. Keuringsartsen maken een 'belastbaarheidsplaatje' voor wat iemand nog kan. Arbeidsdeskundigen koppelen daar een functie aan. Op basis hiervan wordt berekend wat iemand nog kan verdienen vergeleken met zijn oude baan (verdiencapaciteit). Het verschil met het vroegere loon is de basis voor óf en voor welk percentage iemand arbeidsongeschikt is.
Het UWV laat in een brief aan inspecteur-generaal Kokhuis van het IWI weten dat de onderzoeksmethode aan alle kanten rammelt. "Het rapport roept ten onrechte een negatief beeld op van het functioneren van de gehele groep arbeidsdeskundigen. Publicatie van het rapport in deze vorm acht ik daarom niet verantwoord", zo schrijft Annet Dümig, lid van de raad van bestuur van het UWV. Zij eist dat een onafhankelijk deskundige de onderzoeksmethode nog eens tegen het licht houdt.
Het IWI laat via een woordvoerder weten hier geen behoefte aan te hebben. "Wij hebben zeer zorgvuldig onderzoek gedaan. De kritiek van het UWV zullen wij wel in het rapport verwerken." Het rapport wordt "binnen enkele weken" aan staatssecretaris Hoogervorst (Sociale Zaken) aangeboden. Het UWV geeft toe dat er aan de kwaliteit van de uitvoeringspraktijk "nog veel verbeterd" kan worden. "Maar om via gesprekken met maar negen arbeidsdeskundigen verregaande conclusies voor 1200 man te trekken, gaat ons echt te ver. Ook een begeleidingscommissie met daarin onafhankelijke deskundigen trok het wetenschappelijke niveau van het onderzoek niet voor niets in twijfel."