door Frank van Vliet JERUZALEM - "De buitenlandse pers, de vijand van Israël", staat in grote letters op een muur in de Jaffastraat in Jeruzalem. De anonieme boodschapper wist waar hij kladderde, de wand is recht tegenover Capital Studios, het gebouw waar de meeste buitenlandse tv-stations zijn gevestigd.
Sinds de start van de Al-Aksa Intifada zijn de internationale media niet bepaald populair bij de Israëli's. Het verwijt is dat men te veel de kant van de Palestijnen kiest. Het omgekeerde geluid is regelmatig in het Palestijnse kamp te horen.
'Wie niet voor ons is, is tegen ons' is momenteel de sfeer in het Heilige Land. Daarin past bijvoorbeeld ook de 'koop blauw en wit' campagne, waarin Israëli's worden opgeroepen nationale waar aan te schaffen. De term slaat op de kleuren van de nationale vlag. Premier Ariel Sjaron dook er speciaal voor de supermarkt in om zich te laten fotograferen met een diepvrieskip van eigen grond.
Het zijn acties die wel vaker voorkomen in een land dat zich in een crisis bevindt. Ernstiger is de culturele boycot van artiesten die zich niet achter het nationalistische front stellen. De in Israël zeer populaire zangeres Jaffa Jarkoni heeft gemerkt dat het momenteel not done is om kritiek te uiten op de acties van het leger.
Solidair
Na een interview waarin ze zich solidair verklaarde met het groepje reservisten dat weigert dienst te doen in de Palestijnse gebieden, werd een concert waarin ze zou worden geëerd afgelast. Pikant detail was dat het de vakbond voor artiesten was die het besluit nam "omdat de sponsors het lieten afweten".
De krant Haaretz kwam met meer voorbeelden van dergelijke culturele boycots onder de kop 'De echo van het McCarthyisme', een verwijzing naar de Amerikaanse senator die in de tijd van de Koude Oorlog in de VS met een zwarte lijst rondliep van mensen die werden verdacht van communistische sympathieën.
Scherpslijperij
De scherpslijperij heeft ook in de politiek de overhand. Bij de Verenigde Naties is men zeer verbaasd over de harde Israëlische aanval op hun gezant in Israël, de Noor Terje Roed-Larsen. Deze had de vernietiging van een deel van het Palestijnse vluchtelingenkamp bij Jenin "moreel weerzinwekkend" genoemd en kritiek geuit op het feit dat Israël lange tijd hulporganisaties uit het kamp had geweerd. Binnen de Israëlische regering gaan serieuze stemmen op om de Noor persona non grata te verklaren. Sjaron heeft zijn ministers opgeroepen alle contacten met Roed-Larsen te verbreken.
Een ander geliefd onderwerp van kritiek is de Europese Unie. Dit werd treffend weergegeven in een cartoon in de Jerusalem Post: twee joodse mannen constateren dat Europa zich bij de Arabieren heeft geschaard; ze verwonderen zich erover dat de Europeanen zo kort zijn, totdat ze zien dat de noorderlingen op hun knieën zitten.
Veel Israëli's denken dat Europa vooringenomen is jegens Israël en blinde steun geeft aan de Palestijnen. Op zijn zachtst gezegd botert het niet zo best tussen Israël en de EU, ondanks het feit dat de Europese Unie de belangrijkste exportmarkt voor Israël is.
Israëlische verwijzingen naar de collectieve schuld van Europa bij de holocaust en het opkomende antisemitisme op het oude continent zijn schering en inslag. Het is stevige taal die doorgaans in de Knesset wordt gebruikt, maar in het internationale diplomatieke verkeer ongehoord is. Geen Israëli die daarover mort. Het besef is hier groot dat men met de rug tegen de muur staat en dus veel, zo niet alles, is geoorloofd. |