PEKING - Een Chinees vliegtuig met 166 inzittenden is gisteren in Zuid-Korea tijdens de landing tegen een berg gevlogen. Zeker 118 passagiers op de Air China-vlucht CA-129 van Peking naar Poesan kwamen daarbij om het leven. Tot dusver zijn er volgens de politie tenminste 39 overlevenden gevonden en worden nog negen passagiers vermist. Er waren geen Nederlanders onder de slachtoffers.
Het ongeluk gebeurde bij het vliegveld van Poesan, een van de tien steden waar over zes weken het Wereldkampioenschap Voetbal wordt gehouden. Poesan is de tweede stad van Zuid-Korea.
De Boeing 767-200, afkomstig uit de Chinese hoofdstad Peking, botste in regenachtig en mistig weer tegen een berg vlakbij een woongebied. Een ooggetuige vertelde dat het vliegtuig in stukken brak en vervolgens in brand vloog. Overal lagen er lichamen, zei Park Byung-min Reddingspogingen werden bemoeilijkt door de zware regenval en de slechte kwaliteit van de toegangswegen.
Vliegautoriteiten meldden dat de meeste overlevenden voorin het vliegtuig zaten. Daaruit kan worden opgemaakt dat het vliegtuig eerst met zijn staart en de brandstoftanks de berg raakte. "Het vliegtuig stortte met een oorverdovend lawaai neer en toen ik me naar buiten werkte, zag ik een dik rooktapijt en vuur", vertelde een van de overlevenden aan een televisieploeg.
Hoewel de verkeerstoren toestemming tot landing gaf, werd de piloot verzocht de landingsbaan van de tegengestelde kant te benaderen wegens een te sterke kopwind. Toen het vliegtuig in de aangeduide richting koerste, botste het tegen de berg op.
In China zochten familieleden naarstig naar meer informatie over de ramp, maar tot dusver hielden de Chinese luchtvaartautoriteiten hun mond. Er zouden 155 Koreaanse passagiers aan boord zijn, 19 Chinezen, een Oezbeek en elf bemanningsleden.
Air China, de nationale vliegmaatschappij van China, vloog 47 jaar zonder fatale ongelukken, aldus informatie op de officiële webpagina.