HEERENVEEN/LANGEZWAAG - Een nieuwe lente betekent ditmaal een nieuw geluid bij Heerenveen. Geen Fries in dit geval. Het accent was onvervalst Amsterdams en het kwam uit de mond van Wim Suurbier, die gisteren en vandaag op proef is bij de Friese club. Nog deze week neemt Heerenveen het besluit hem al dan niet als manusje-van-alles in de technische staf op te nemen. Als de voortekenen niet bedriegen, gaat men met hem in zee.
|
Wim Suurbier
|
Suurbier zelf heeft wel zin in het avontuur in 'It Heitelân' (het vaderland). "Voetbal is m'n leven. Ik ben de sport na mijn carrière ook altijd van hier tot Timboektoe op de voet blijven volgen. Heerenveen is een mooie club, goed geleid en er zit veel kwaliteit, zowel in de selectie als in de leiding van de club. Maar ik denk dat ik een toegevoegde waarde kan zijn, omdat ik ervaring in mijn bagage meeneem", aldus de 60-voudige international, die alle topjaren van het gouden Ajax van de jaren zestig en zeventig meemaakte.
De 57-jarige grijskop deed in de training nog volop mee. Niemand die hem vandaag met opa durft aan te spreken, want de rechtsback van weleer is opvallend fit voor iemand die tegen de zestig loopt. Veel vet op de botten heeft Suurbier nooit gehad. Hij was fysiek altijd lekker bezig in het voetbal. Dat is hem aan te zien. Geen afgeleefd hoofd, maar pezig en ogen die de bal nog fel 'aanloeren'.
Wie hem zo bezig ziet, vermoedt geen losbol in deze joyeuze vijftiger. In Friesland bestaat enige scepsis ten aanzien van Suurbier. Niet als mens, maar wel in een rol van iemand die onderdeel uitmaakt van een organisatie. Het woord lol is nog niet eens gevallen of Suurbier gaat al in de tegenaanval. Eeuwig en altijd moet hij opboksen tegen de beeldvorming dat hij het leven voor een doedelzak aanziet.
Suurbier: "Ik was nog heel jong toen ik mijn beide ouders verloor. Dan sta je er alleen voor en ik heb me kunnen redden omdat ik er altijd voor zorgde dat ik mijn werk goed deed. Plichtsbesef, ja. Daar gaat het namelijk om: zorgen dat je er in de wedstrijd staat. Dat betekent dat je zelfdiscipline en wilskracht moet hebben. Of je nou wel of niet getalenteerd bent. Daarnaast maak ik graag plezier. Is dat verkeerd? Wie plezier beleeft aan z'n werk of aan z'n sport presteert nog beter, denk ik. Trouwens, er is al ellende genoeg in de wereld."
Foppe de Haan is erachter gekomen dat het stempel dat op Suurbier is gedrukt niet overeenkomt met datgene wat hij in hem heeft leren kennen. "Suurbier is een serieuze man. Maar extroverter dan wij zijn en dat is misschien wel goed voor onze club. Hij is rap van tong en brengt schwung. Kijk, trainers hebben we hier genoeg en dat vak verstaan we allemaal goed. Waar wij behoefte aan hebben, is iemand die er op zijn eigen manier tegenaan kijkt en die we op alle fronten kunnen inzetten."
Voorzitter Riemer van der Velde krijgt er in zijn 'praatjespot' een tegenhanger bij, want als Suurbier eenmaal op de spreekstoel zit, houdt de woordenstroom niet meer op. "Ik zei laatst nog: kun je er bij Suurbier even de stekker uithalen, want dan kunnen wij ook nog wat zeggen", meesmuilt de preses. Als het tot een akkoord komt, bouwt Heerenveen drie maanden na het ingaan van het contract een evaluatie in om na te gaan of de werkwijze voldoet.
Een van de taken van Suurbier is de begeleiding van de grootste talenten, zodat ze gemakkelijker de stap naar het eerste kunnen maken. Want Heerenveen mag dan een goede jeugdopleiding hebben, het heeft de club tot nu toe weinig opgeleverd. Suurbier kan hen helpen door tekortkomingen te signaleren en goede aanwijzingen te geven. Zoals hij dat ook tijdens zijn driejarig verblijf in het Midden-Oosten heeft gedaan met René Meulensteen, die de Coerver-methode heeft uitgebouwd en deze hogeschooltechniek nu in de praktijk brengt bij Manchester United, een club waar Suurbier al diverse malen in de keuken heeft mogen kijken. "Ook ik leer nog veel op mijn leeftijd", ervaart hij.
Tegenwoordig is het laten doorstromen van talent naar de hoofdmacht lastiger dan vroeger, meent Suurbier. "Dat komt doordat voetbal big business is geworden. Nederland moet dan wel topspelers naar het buitenland laten gaan, maar ons land koopt andere landen ook leeg. In die grote selecties en vanwege de speculaties op de transfermarkt krijgen de talenten minder kansen dan wij vroeger. Ajax moest het altijd hebben van de jonkies. Op mijn zeventiende debuteerde ik en op je achttiende moest je er al staan. Maar die tijden kunnen wel eens terugkeren als je de financiële malaise van vandaag de dag ziet."