BELGRADO - De Joegoslavische president Vojislav Kostunica zei gisteren "ziek te worden" iedere keer wanneer het over het Joegoslavië-Tribunaal gaat. De Verenigde Staten hebben Joegoslavië een deadline gesteld: het land moet verdachten uitleveren anders wordt de financiële hulp stopgezet.
"Er moet worden samengewerkt met het Tribunaal in Den Haag, maar ik moet toegeven dat ik misselijk word wanneer ik aan dat hof denk met zijn weerzinwekkende hoeveelheid vooroordelen", aldus Kostunica. De president zei genoeg te hebben van het Tribunaal en een absoluut tegenstander te zijn van uitlevering van verdachten.
Kostunica, een gematigde nationalist, heeft het VN-hof herhaaldelijk gehekeld en beweert dat het hof anti-Servisch is en geen gerechtelijke basis heeft. Hij heeft felle kritiek geuit op zijn pro-westerse politieke rivaal, de Servische premier Zoran Djindjic, omdat deze wèl Servische verdachten wil uitleveren.
Het Amerikaanse Congres heeft Joegoslavië tot 31 maart de tijd gegeven om samen te werken met het Joegoslavië-Tribunaal. Als het land de deadline aan zich voorbij laat gaan, loopt Joegoslavië het risico om 120 miljoen dollar (137 miljoen euro) aan financiële steun mis te lopen. Voormalig Joegoslavisch president Slobodan Milosevic werd vorig jaar na een dergelijk dreigement op bevel van Djindjic opgepakt en naar Den Haag gestuurd.
De Servische regering heeft de bezwaren van Kostunica en een uitspraak van het hooggerechtshof woensdag naast zich neer gelegd door de regels van VN-tribunalen formeel over te nemen, zodat verdachten kunnen worden uitgeleverd. Kostunica zegt geen bevoegdheid te hebben om de - in zijn ogen illegale - uitleveringen te voorkomen.
(AP)