VALKENSWAARD - Tijd heelt alle wonden, zeker wanneer die niet al te diep zitten, en dus staat het Nederlandse contingent motorcrossers komend weekeinde geheel fit aan de start van de eerste Grand Prix van het nieuwe seizoen. Belangrijk, want de openingsrace in de strijd om het wereldkampioenschap motorcross vindt plaats op Nederlandse bodem en dus dient er op het Eurocircuit in Valkenswaard door de Oranje-brigade direct een daalderwaardige klap te worden uitgedeeld. Eigen bodem, in dit geval van zand, kan in de motorcross nu eenmaal goud waard zijn.
|
Erik Eggens weet wat hem in Valkenswaard te wachten staat.
|
De opluchting die doorklinkt in de stem van Remy van Rees is dan ook begrijpelijk. Nog geen twee weken geleden blesseerde de 'pechvogel' van de Nederlandse motorcross zich tijdens de eerste NK-race van het seizoen, maar de schade bleek uiteindelijk zeer snel te verhelpen. "Ik heb de afgelopen week weer volop getraind en mag helemaal niet klagen", aldus Van Rees, dit weekeinde op zijn KTM actief in de 125cc-klasse, dit in tegenstelling tot de NK-strijd, waarin hij in de 250cc-klasse uitkomt. "Ik voel me zelfs beter dan een paar weken geleden, eerlijk gezegd verwacht ik wel het een en ander van mijn optreden in Valkenswaard."
Daar krijgt hij ongetwijfeld te maken met Erik Eggens, die enkele weken geleden een vinger brak, maar net als Van Rees bijtijds 'topfit' is voor de eerste GP van het jaar. "Afgelopen week heb ik gekozen voor een zwaar trainingsprogramma om zoveel mogelijk kilometers te rijden en dat heb ik zonder pijn in mijn vinger kunnen doen", aldus Eggens, die in Valkenswaard heel wat te verdedigen heeft. Vorig jaar won hij er in de 125cc-klasse immers voor het eerst in zijn loopbaan een GP. "Maar vorig jaar heb ik ook geleerd dat het belangrijk is om in iedere race in ieder geval punten te scoren. Ik zal me dus niet over de kop rijden om weer te winnen. Het seizoen is lang en de echte hoofdprijs wordt pas na de laatste GP uitgereikt."
En dan is er natuurlijk nog Marc de Reuver. Alles wat deze pas 19-jarige motorcrosser aanraakt, lijkt op het ogenblik welhaast in goud te veranderen. Vorig jaar liet hij zijn talenten al doorschemeren door zijn eerste nationale titel (125cc) te veroveren, dit jaar wil hij bewijzen ook internationaal met de besten mee te kunnen. Met overweldigend gemak won hij beide manches van de eerste NK-race in Gemert en afgelopen zondag gaf hij in Mons bij de eerste race om het Open Belgisch kampioenschap de hele wereldtop het nakijken. De mondiale 500cc-elite - in België verschijnen alle drie de soloklassen tegelijk aan de start - kreeg in de personen van wereldkampioen Stefan Everts en vice-wereldkampioen Joël Smets een lesje motorcross van De Reuver, die twee van de drie manches op zijn naam schreef.
"Het gaat echt super", meldt de van zelfvertrouwen overlopende Yamaha-coureur dan ook aan de vooravond van zijn thuis-Grand Prix, waarin hij op voorhand al een opvallende rol speelt. De Reuver gaat zondag op het Eurocircuit namelijk van start in twee klassen, een 'stunt' die dankzij de reglementswijzigingen van de FIM dit jaar tot de mogelijkheden behoort. "Het is beslist geen eenmalige actie, ik heb wel degelijk de intentie alle twaalf GP's in zowel de 125cc- als de 250cc-klasse te starten", aldus De Reuver, die in ieder geval het geluk heeft dat de vaste GP-programmering dit jaar is gewijzigd: eerst de 250cc-klasse, gevolgd door de 500cc-coureurs en tot slot de 125cc-race.
Het geeft De Reuver, en eventuele andere 'dubbelstarters', in ieder geval voldoende rust tussen de twee optredens in. "Eerst even losfietsen, wat eten en een beetje rusten; moet voldoende zijn", aldus De Reuver. "Nog niet zo lang geleden reed iedereen twee GP-manches, al gebeurde dat dan wel in dezelfde klasse. Maar met de overstap van de 250cc- naar de 125cc-motor heb ik geen problemen. En in Valkenswaard zal ik mijn stinkende best doen om dat aan iedereen te bewijzen."