ROTTERDAM - Oud-directeur A. Bos van het bouwbedrijf Koop Tjuchem werkt niet langer mee aan het corruptieonderzoek naar bouwfraude van het openbaar ministerie (OM). Dit heeft woordvoerder W. de Bruin van het landelijk parket gisteren bevestigd.
'Klokkenluider' Bos heeft het OM om vrijwaring van strafvervolging gevraagd als voorwaarde voor medewerking aan het onderzoek. Justitie gaat hier niet op in. "Wij hebben dat geweigerd omdat we daar geen mogelijkheid voor hebben", zegt De Bruin.
Het onderzoek begon nadat Bos in november vorig jaar een zogeheten schaduwboekhouding aan justitie had overhandigd. Daaruit zou blijken dat in de bouwwereld illegale prijsafspraken zijn gemaakt, dat prijzen voor bouwprojecten kunstmatig werden opgevoerd en dat er sprake is van corruptie.
Bos heeft jarenlang een boekhouding bijgehouden van geld dat tussen aannemers onderling en van aannemers naar ambtenaren werd uitgewisseld. Die boekhouding droeg hij na veel aarzeling aan het OM over. Aan dat moment gingen langdurige onderhandelingen over financiële vergoedingen vooraf. Uiteindelijk heeft justitie niets betaald voor de informatie van Bos.
Justitie heeft bij het onderzoek deze gegevens wel als leidraad genomen voor onderzoek naar zeven à acht bouwconcerns. Na deze overdracht heeft Bos geen andere documenten meer aan het onderzoeksteam overgedragen, zegt De Bruin.
Officieel wordt de voormalig technisch directeur van Koop Tjuchem, die nog wel contact zou hebben met de politie, nog niet als verdachte beschouwd. Maar hij loopt het risico dat hij wel in het verdachtenbankje terecht komt omdat hij zich schuldig heeft gemaakt aan het omkopen van ambtenaren.
Bos heeft zelf publiekelijk verklaard dat hij een hoge ambtenaar van Rijkswaterstaat had gefêteerd op een bezoek aan het bordeel Yab Yum. Dat had volgens hem zeker 10.000 gulden gekost.
Hij nam ook ambtenaren mee op uitstapjes naar Schotland en Zwitserland in het privé-vliegtuig van Koop Holding. Dit soort praktijken waren, zo vertelde hij, gebruikelijk, ook bij zijn toenmalig werkgever.
Gisteren werd bekend dat de parlementaire enquête naar de bouwfraude aanzienlijk duurder wordt dan vooraf ruwweg geschat. Het nieuwe kostenplaatje bedraagt 1,9 miljoen euro, bijna een half miljoen meer dan de voorbereidende commissie had ingeschat.
Het meeste geld gaat naar het inhuren van extern advies en uitbesteding van onderzoek.
De zeven Kamerleden van de enquêtecommissie krijgen daarbij hulp van zes medewerkers en een griffier. Uit de begroting blijkt verder dat het drukken van het eindrapport, dat voor Prinsjesdag klaar moet zijn, 175.000 euro mag kosten.