door Joost Ruempol KAMP ZEIST - De rechters van de speciale Schotse rechtbank hebben gisteren het hoger beroep van de Libiër Abdel Basset Ali al-Megrahi in het Lockerbie-proces afgewezen. Met een eenzaam applaus namen de nabestaanden van de slachtoffers van de aanslag boven het Schotse plaatsje Lockerbie, waarbij in december 1988 270 mensen omkwamen, de uitspraak aan.
Voor de vrouw van Al-Megrahi betekende het vonnis een abrupt afscheid van haar man die enkele uren nadat de vijf Schotse rechters hun oordeel hadden gegeven naar Schotland vertrok. In de Barlinnie-gevangenis in Glasgow is een cel gereed in een vleugel, bijgenaamd 'Gadaffi Cafe', waar hij zeker 20 jaar moet zitten.
De rechters waren unaniem in hun oordeel dat geen enkel van de punten in het beroep voldoende gefundeerd was. In een 199 pagina's tellende zeer uitvoerige uiteenzetting gaf het hof alle redenen voor het afwijzen van het beroep. Volgens John Grant van de Schotse universiteit van Glasgow is er voor Al-Megrahi nog maar één weg open: naar de 'Privy Council', het hoogste Britse juridische orgaan. Hier moet de Libiër aanvechten dat zijn zaak oneerlijk is geweest volgens de norm van de Europese Conventie voor de Mensenrechten. "Maar dit is in het hoger beroep niet gedaan door de verdediging. En dat is vreemd, aldus Grant. Een werkelijk allerlaatste strohalm zal voor Al-Megrahi het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg zijn. Dit kan alleen volgens Grant als de Privy Council de zaak heeft aangenomen en afgewezen.
De Libische jurist Hafid Jhosa, die compleet verrast was door het vonnis, noemde het een politieke uitspraak. Ook vanuit Libië waren dezelfde reacties te horen. Libië heeft altijd ontkend betrokken zijn geweest bij de aanslag.
Voor Jim Swire, die zijn dochter Flora bij de aanslag verloor, was dit het meest eerlijke haalbare proces voor "een dag waarop de dood regende op Lockerbie".
De Amerikaan Peter Lowenstein, wiens zoon Alexander omkwam bij de aanslag, voelde sympathie voor de vrouw van de veroordeelde Libiër, "maar niet voor Al-Megrahi".
De Oostenrijker Hans Köchler, die met vier andere waarnemers namens de VN het proces had gevolgd, sprak zijn afkeuring uit over het vonnis: "We hebben hier te maken met een spectaculair geval van een gerechtelijke dwaling."