EINDHOVEN - Dat de vrije trap een dodelijk wapen kan zijn, bewijst Pierre van Hooijdonk aan de lopende band. Zonder te overdrijven kan de Europese kruistocht van de Rotterdammers worden toegeschreven aan de specialist voor wie elke bal in de buurt van de zestienmeterlijn een strafschop is. Denk aan de toverbal in Freiburg en de twee treffers tegen Glasgow Rangers. Maar wat doet PSV eigenlijk met de 'dode' momenten? Weinig, zo leren de feiten. Aan de techniek ligt het niet, denken de betrokkenen. "Je moet gewoon het lef hebben om de onmogelijke bal te trappen."

Specialist Arnold Bruggink (rechts) stort zich met engelengeduld op de vrije trap. Kevin Hofland en John de Jong kijken toe.

Zijn broer is beroemder als het gaat om spelhervattingen, maar Erwin Koeman liet zich in zijn actieve profperiode ook niet onbetuigd. "In thuiswedstrijden van KV Mechelen kwamen acht van de tien doelpunten voort uit dode momenten. We beheersten allerlei varianten", weet Koeman, die ook in het Nederlands elftal aan de basis stond van vele doelpunten. In de EK-duels (1988) tegen Engeland en Rusland (finale) nam hij de corners waaruit Marco van Basten en Ruud Gullit scoorden. "Achter elke corner zat een bedoeling."

Nu is Koeman de assistent van Erik Gerets. Zelf kan hij zich op het trainingsveld moeilijk inhouden. Het is mooi om hem nog steeds met veel gevoel een bal te zien strelen. Een familiekwaal. "Ik ben ermee opgegroeid."

Koeman ergert zich soms aan de manier waarop enkele spelers van PSV een corner of vrije trap nemen. "Er wordt makkelijk over gedacht, alsof niemand beseft hoe gevaarlijk het kan zijn. We erkennen inmiddels het probleem dat er nog steeds veel te weinig uit spelhervattingen wordt gescoord. Daar mogen we best kritisch op zijn", kijkt hij naar de kille cijfers. Vorig seizoen was PSV de eredivisieploeg die de meeste hoekschoppen mocht nemen. Gescoord werd er niet. Tegen PAOK Saloniki, in december, scoorde Georgi Gakhokidze uit een indirecte vrije trap die aanvankelijk mislukte.

Voor de laatste rake, directe vrije trap (Arnold Bruggink) moeten we terug naar Sittard, september 2000. Toen kende de aanvaller geen twijfels en dat speelt zeker mee, denkt Koeman. "Dit seizoen zit Arnold niet zo goed in zijn vel. Het heeft vaak met durf en initiatief te maken. In een goede vrije trap moet een bepaalde brutaliteit zitten. Dat ontbreekt bij een aantal spelers van PSV. Je moet risico in die trap leggen. Ronald deed het, Van Hooijdonk doet het ook."

Dat het niet aan de techniek ligt, beaamt Wilfred Bouma, die gezegend is met een sterk linkerbeen. "Maar een goede trap is geen garantie voor een goede vrije trap. Daar komt veel meer bij kijken. Het is een gave die je moet hebben. Ik train er wel op, maar ik moet ook eerlijk toegeven dat ik het makkelijker vind om een lopende bal te trappen. Op een spelhervatting ligt nog meer druk en dan ga je nadenken. Eigenlijk hebben wij hier maar één echte specialist en dat is Arnold."

In tijden van twijfel heeft Bruggink altijd een doelpunt nodig om de topvorm terug te vinden. "Dat geldt op dit moment ook voor een vrije trap. Ik train er veel op en de groep ziet ook dat ik het kan. Hij moet er gewoon een keer in op de perfecte manier; die bal moet zo snel over de muur vallen dat een keeper bij voorbaat kansloos is. Dat geluk moet je een keer hebben en dan hou je dat gevoel, die perfecte balans, wel een tijdje vast."

Van Hooijdonk is zelf het beste voorbeeld, vindt Bruggink. "Ik heb daar laatst tijdens een etentje nog met hem over gesproken. Tegen Ajax had hij gewoon het gevoel dat hij zou scoren. Ibrahimovic sprong op en haalde die bal nog net weg. Maar zijn trap was goed en dat is de basis. De factor geluk - een speler die wel of niet hoog genoeg springt - doet dan vaak de rest. Tegen Rangers bleven De Boer en Numan staan in de muur, vertelde Pierre. Uitgerekend twee Nederlandse spelers... Dat was zijn geluk."

Bruggink nam gisteren na de ochtendtraining opnieuw uitgebreid de tijd voor zijn liefhebberij. Curieus genoeg is hij inmiddels weer op de bank beland. Ook Koeman beseft dat de verhoudingen in de komende klassieker nu helemaal scheef zijn komen te liggen. "In het hedendaagse topvoetbal komt ongeveer zestig procent van alle doelpunten voort uit spelhervattingen, daar ben ik van overtuigd."

Nu PSV zonder de enige specialist aan de topper begint, zal PSV bij de spelhervattingen dus een ander wapen moeten kiezen. "Je kan best zonder een wereldtrap, want die bal hoeft niet rechtstreeks op doel geschoten te worden. Er zijn ook variaties mogelijk", zegt Koeman. De hand van de broer van de meester is daarin al zichtbaar. Tegen Roda JC viel de openingstreffer zaterdag uit de (ingestudeerde) corner van Bouma. André Ooijer kopte door, Mateja Kezman rondde af. Koeman heeft inmiddels ook enkele vrije-trapvarianten uit zijn oude doos gehaald. "Het lijkt me niet verstandig daar verder over uit te weiden..."

Het is dus gewoon een kwestie van oefenen en onderhouden, benadrukt de hoofdtrainer-in-wording. "Ik denk dat we er nog meer op moeten en kunnen trainen", vult Bruggink aan. "Het is een feit dat Van Hooijdonk het beter beheerst. En in wedstrijden tegen Feyenoord gaat het vaak om een klein aantal kansen. Een vrije trap kan dan een dodelijk wapen zijn als de boel op slot zit."

zoek naar gerelateerde artikelen

wo 13 maart 2002