AMSTERDAM - De EU-lidstaten bakkeleien onderling over een gulle hand in ontwikkelingshulp. Gisteren slaagden de Europese ministers van Buitenlandse Zaken in Brussel er niet in het eens te worden over een verhoging.
Nederland, Zweden en Denemarken vinden de anderen te zuinig, terwijl Duitsland weigert meer te betalen.
De Europese Commissie wil dat alle EU-landen in 2006 0,39 procent van hun bruto nationaal product (bnp) aan arme landen besteden, oplopend tot het VN-ideaal van 0,7 procent in 2010.
Slechts vier landen, waaronder Nederland, zitten boven de 0,7 procent terwijl de rest er dik onder zit.
De ruzie is gênant voor Europa, dat zich graag op de borst klopt als de wereldleider in ontwikkelingshulp.