za 9 maart 2002
|
|
D E T E L E G R A A F B U I T E N L A N D
|
|
|
|
Strijd Israël verhardt zich snel
Van onze correspondent |
|
|
|
|
De moeder van de Palestijnse Hamas militant Mohammed Farahat (19) draagt een geweer als ze zich over haar zoon buigt, die gisteren werd doodgeschoten nadat hij in een joodse nederzetting was binnengedrongen en er vijf mensen had gedood. (Foto: REUTERS)
|
TEL AVIV - Met het hoogste aantal doden op één dag was het gisteren 'zwarte vrijdag' in de nu al 17 maanden durende strijd tussen Israël en de Palestijnen. Gisteravond bleef de teller steken op zeker 42 doden aan Palestijnse kant en zes aan Israëlische zijde, van wie vijf bij een aanslag in de Gazastrook in de nacht van donderdag op vrijdag.
Het conflict gaat steeds meer op een totale oorlog lijken. Er was sprake van een breed front, waarbij al het zware geschut van Israël (marineboten, Apache-gevechtshelikopters, F16's en tanks) werd ingezet. Er vonden heftige gevechten plaats in de Gazastrook (27 doden), Bethlehem (vier doden), Tulkarem (elf doden) en tal van andere plaatsen.
Intentie
Onder de slachtoffers waren vrouwen, een tienjarig kind in Tulkarem, medisch personeel en een hoge Palestijnse officier, generaal Ahmed Mufrij. De plaatsvervangend opperbevelhebber in de Gazastrook werd doodgeschoten toen hij op weg was naar de gevechten bij het vluchtelingenkamp Khan Junis in de Gazastrook. Het Israëlische leger verklaarde "verbaasd" te zijn over de aanwezigheid van de generaal en zei dat het geen enkele intentie had om hem iets aan te doen.
Na twee dagen van felle gevechten in een vluchtelingenkamp in Tulkarem heeft het Israëlische leger de overgave van tien omsingelde, gewapende Palestijnen als een overwinning gevierd. De overgave is voor Israël om twee redenen belangrijk: het geeft aan dat de Palestijnse mythe van het strijden tot de dood erop volgt, kan worden weersproken en Israël kan nu beweren dat het leger bereid is bloedvergieten te voorkomen. Volgens Israël zijn in het kamp bij Tulkarem wapendepots aangetroffen. Tientallen mannen zijn gearresteerd.
In een wijk in Noord-Jeruzalem heeft de politie gistermiddag een Palestijnse zelfmoordenaar doodgeschoten die op het punt stond een aanslag te plegen. Het geweld maakt duidelijk dat de Israëlische premier Ariel Sjaron nog geen woord heeft willen terugnemen van zijn belofte dat de Palestijnen rake klappen moeten oplopen om ze aan de onderhandelingstafel te krijgen.
Tijd rijp
De Palestijnse aanslagen tonen aan dat de geest van de Al-Aksa-intifada nog steeds niet is gebroken. Sjaron negeert met het keiharde optreden niet alleen groeiende internationale kritiek maar ook die van de linkerflank (minister Peres) van zijn brede kabinet. Het maakt de missie van de speciale VS-gezant voor de regio, ex-generaal Anthony Zinni, er niet makkelijker op. De Amerikaanse president George W. Bush heeft Zinni naar Israël gestuurd omdat hij de tijd rijp acht. Twee eerdere bezoeken van Zinni bleven vanwege oplaaiend geweld zonder succes.
Ook de Amerikaanse vice-president Dick Cheney komt morgen naar het Midden-Oosten. President Bush, die zijn handen in tegenstelling tot zijn voorganger Bill Clinton liever niet aan het onoplosbaar lijkende conflict brandt, zei dat er geen garantie is op succes.
Waarnemers wijzen erop dat Washington iets moet doen om twee belangrijke bondgenoten in het Midden-Oosten, Egypte en Saoedi-Arabië, niet voor het hoofd te stoten. Beide landen hebben voorstellen ingediend om uit de impasse te komen, maar die worden genegeerd door Sjaron. Door Zinni te sturen geven de VS aan tenminste een poging te wagen het bloedvergieten te stoppen. En er is nog een ander belang. De VS willen nog steeds af van de Iraakse president Saddam Hoessein. Cheney hoopt op zijn rondreis Arabische steun voor actie tegen Irak te vergaren. |
|
|
zoek naar gerelateerde artikelen
za 9 maart 2002
|
|
|
|
|
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.
|
|
|