AMSTERDAM - Het fiscaal belasten van woon-werkverkeer met bestelauto's van de baas dreigt te leiden tot een extra loonkostenstijging van enige honderden miljoenen euro's, juist nu matiging van die kosten van groot belang is voor de concurrentiepositie van en de werkgelegenheid in Nederland.
|
Werknemers laten de bestelauto van de baas massaal staan, als zij geen compensatie krijgen voor de fiscale bijtelling van woon-werkkilometers.
|
Dat schrijft Jacques Schraven, voorzitter van de werkgeversorganisatie VNO-NCW, in een brandbrief aan staatssecretaris Bos (Financiën). De extra miljoenen zijn nodig om de financiële achteruitgang te compenseren, die werknemers ondervinden doordat woon-werkkilometers in een bedrijfsauto sinds begin dit jaar voor een deel als te belasten privé-kilometers worden beschouwd. Dat geldt als de reisafstand minder dan tien kilometer is of voor zover die meer is dan dertig kilometer. De fiscale bijtelling kan een werknemer, afhankelijk van het aantal gereden kilometers, honderden tot enkele duizenden euro's per jaar gaan kosten.
Deze werknemers voelen er niets voor om voor deze extra kosten op te draaien en weigeren dan ook massaal om de bedrijfsauto mee naar huis te nemen, als zij geen compensatie krijgen. In dat geval ontstaan grote problemen in de bedrijfsvoering, omdat deze werknemers, bijvoorbeeld monteurs bij storingsdiensten, niet meteen aan de slag kunnen als zich bij klanten storingen voordoen.
Het probleem is volgens Schraven het meest knellend in sectoren waar veel van bestelauto's gebruik wordt gemaakt, zoals de (wegen)bouw, de installatiebranche, de 24-uursservicebedrijven in de koel- en liftentechniek, de zorg, de koeriersbedrijven en de ict- en telecomsector.
VNO-NCW becijfert de extra loonkosten voor het compenseren van een werknemer met een loon van €27.500, die in een bestelauto rijdt van €18.000, op ongeveer €1300 ofwel bijna 5%. Als een derde tot de helft van de ruim 750.000 bestelauto's in Nederland onder de fiscale maatregel valt, komt dit neer op een extra loonkostenstijging van €300 tot €450 miljoen. Een voorzichtige schatting meent de werkgeversorganisatie, die er verder op wijst dat de kosten nog hoger kunnen uitvallen als er, zoals vaak gebeurt, met duurdere bestelauto's wordt gereden.
Er is nog een reden voor werkgevers om tot compensatie over te gaan. Als ze het niet doen, laten de werknemers de bedrijfsauto's 's nachts voor de zaak staan, waar ze onverzekerbaar zijn vanwege het risico van diefstal van vaak dure gereedschappen.
Schraven roept de staatssecretaris dan ook op de belasting op woon-werkkilometers met terugwerkende kracht ongedaan te maken. Ook werknemersorganisaties hebben aangedrongen op wijziging.