De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
di 5 maart 2002  
---
Nieuwsportaal
---
Uit de krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
En verder 
De euro 
PC Thuis 2001 
Begroting 2002 
De prins en Maxima 
Over Geld 
Fiscus 2001 
Scorebord 
Auto op vrijdag 
Filmpagina 
Woonpagina 
Reispagina 
Jaaroverzicht 2001 
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
VacatureTelegraaf 
DFT 
CrazyLife 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
Wereldfoto's 
Wereldfotos 
Reageer op 't nieuws 
---
Kopen 
Speurders 
De scherpste prijzen 
bij ElCheapo 
---
Met Elkaar 
Netmail 
Ontmoet elkaar 
bij Nice2Meet 
---
Mijn leven 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
Uw horoscoop vandaag 
De Psycholoog 
---
Contact 
Abonneeservice 
Advertentietarieven 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
Alle uitslagen, standen, programma's 
De Olympische Winterspelen van Salt Lake City 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   B U I T E N L A N D 
 
  Kunstmatige rust
heerst in Kaboel

   
 

door Hans Kuitert KABOEL - Voor het kantoor van Ariane, de Afghaanse luchtvaartmaatschappij, houdt de kleine Salmay een door stof zwart geworden handpalm op voor iedereen die er binnengaat. Een keurig westers geklede zakenman laat een snauw horen. In zijn vodderige kleren deinst Salmay een paar stappen terug.

Binnen, in het kantoor in het hart van de Afghaanse hoofdstad Kaboel, waar amper daglicht doordringt omdat de bij een explosie jaren geleden uiteengespatte ramen met zandzakken zijn 'dichtgemetseld', spreekt de lichaamstaal van Rohullah Wahidi boekdelen. Ogenschijnlijk behandelt hij de zakenman keurig, maar zijn straffe houding en zijn matte blik vertellen een ander verhaal.

Hij vraagt zich bij iedereen die het aftandse kantoor betreedt vooral af, hoe de klant het zich kan veroorloven een vliegticket te kopen. Of meer precies, aan welke van de vele Afghaanse oorlogen deze cliënt zijn rijkdom dankt.

"We moeten naar de toekomst kijken en niet langer achterom", mompelt hij quasi vrolijk. Dan laat hij thee aanrukken en verwoordt het gevoelen van de inwoners van Kaboel, waar sinds medio december een interim-regering zetelt na meer dan 20 jaar oorlog en waar buitenlandse soldaten, onder wie 220 Nederlanders, voor de veiligheid zorgen. "Ik heb hoop", zegt hij manmoedig, "maar ik ben niet optimistisch. Het vechten is nu voorbij. De krijgsheren proberen het nog steeds, maar de mensen zijn de oorlog beu. Zolang er B-52's boven ons grondgebied cirkelen, blijft de strijd uit."

Meer zorgen maakt hij zich om de economische situatie van Afghanistan. De salarissen zijn mager voor wie toevallig nog kan werken, of worden niet of slechts ten dele uitbetaald, zoals alle ambtenaren, onderwijskrachten en ziekenhuispersoneel merken. "We verdienen domweg te weinig om de kosten van levensonderhoud te kunnen betalen."

In de nabijgelegen centrale bazaar van Kaboel heerst, enige maanden na het vertrek van de Taliban, een weifelachtige houding. Er zijn meer goederen beschikbaar, maar geld is er niet om ze te kopen. "We zijn nu vrij. Nog steeds even arm en van die buitenlandse hulp (er is 4,5 miljard dollar toegezegd) hebben we nog niets gemerkt", moppert Abdul Ahmad, die een paar jaar in Duitsland werkte, maar amper heeft kunnen werken sinds hij zes jaar geleden terugkeerde.

Adem in

Hoewel ze zich vrijer voelen, houden de inwoners van de Afghaanse hoofdstad de adem in. Rust is er feitelijk alleen in Kaboel. Een kunstmatige rust, vooral bewerkstelligd door de multinationale vredesmacht ISAF. Achter de schermen van het half verwoeste presidentiële paleis, vlak bij de bazaar, waar interim-premier Karzai zetelt, is de machtsstrijd in volle gang.

Buiten de hoofdstad gaat die machtsstrijd gepaard met kruitdampen. Krijgsheren, die tijdens de Russische bezetting als commandanten het vertrouwen van het Westen genoten, worden nu afgeschilderd als bandieten. "Eindelijk durft iedereen deze mensen bij de naam te noemen. Ze hebben ons land verwoest", zegt Abdul Ahmad luid onder veel instemming.

Na meer dan twee decennia oorlog en verwoesting heeft de Afghaanse bevolking geleerd er het beste van te maken. Oppervlakkig lijkt het daarom beter met hen te gaan, maar dat is vooral schijn. Vertrouwen in de toekomst hebben ze nog steeds niet. Door decennia bittere ervaring weten ze maar al te goed dat het morgen weer mis kan gaan.




 

zoek naar gerelateerde artikelen


di 5 maart 2002

[terug]
     
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.