SALT LAKE CITY - Het leek op een alles-of-niets-poging, maar Stephan Eberharter wist naar eigen zeggen precies waarmee hij bezig was. De Oostenrijker wierp tijdens de eerste run van de olympische reuzenslalom alle trossen los, denderde als een geleid projectiel tussen alle poortjes op de hellingen van Park City Mountain Resort en zette een tijd neer die al zijn tegenstanders tot beginnelingen declasseerde en het afwerken van de tweede run eigenlijk volkomen overbodig maakte. Zijn gouden run leidde tot een gouden olympische plak, de eerste pas voor de Oostenrijker, die - ondanks het brons op de afdaling en het zilver op de Super G - toch een beetje de schlemiel van de Winterspelen leek te gaan worden. Daar stak hij gisteren op onnavolgbare wijze echter eigenhandig een gouden stokje voor.
|
Het leek op een alles-of-niets-poging, maar Stephan Eberharter wist naar eigen zeggen precies waarmee hij bezig was. (Foto: EPA)
|
De Amerikaanse favoriet Bode Miller deed in de tweede run nog wel een fantastische poging Eberharter met de domper van zijn leven op te zadelen, maar de 'local hero' bleef voor de tweede keer deze Winterspelen (na de combinatie) steken op zilver. Lasse Kjus greep, na het zilver op de afdaling, de bronzen plak op de reuzenslalom, die dus eindelijk het langverwachte olympische goud in de zak van Eberharter deed belanden.
Hoewel hij zelf anders deed geloven, moet Stephan Eberharter zich de afgelopen dagen stiekem hebben afgevraagd of hij wel voorbestemd was ooit olympisch goud te winnen. Vier jaar geleden al behoorde hij in Nagano tot de kanshebbers op de meest begeerde plakken, maar stapte hij op weg naar de schijnwerpers steeds in de nietsontziende schaduw van ene Hermann Maier. Zelfs de beruchte valpartij van Maier op de afdaling kon niet voorkomen dat Eberharter zijn opmerkelijk snel herstelde landgenoot en plaaggeest enkele dagen later op de Japanse reuzenslalom voorrang moest verlenen.
Zonder de aanwezigheid van de vorig jaar bij een motorongeluk ernstig geblesseerd geraakte Maier, zou Eberharter in Salt Lake City dan eindelijk aan zijn olympische 'goldrush' gaan beginnen. De 32-jarige inwoner van Stumm had in de voorbereidende maanden zo ongeveer alles gewonnen wat er te winnen viel en meldde zich dan ook als de grote favoriet voor vrijwel alle ski-onderdelen in olympisch Utah. Waar, tot zijn verbazing en ontzetting, veel meer kapers op de kust bleken te zijn; na drie van de vijf alpinedisciplines wist Eberharter nog steeds niet hoe een gouden plak er van dichtbij uitzag.
"Ik weet dat alle ogen in Salt Lake City vooral op mij zijn gericht, maar met die druk weet ik echt wel om te gaan", meldde hij afgelopen zaterdag nog ietwat geprikkeld, nadat hij bij de Super G opnieuw net naast olympisch goud (zilver achter Aamodt) had gegrepen. Dat prikkelende woorden een heilzame werking kunnen bezitten, bewees hij gisteren, want de wijze waarop Eberharter de 1433 meter lange reuzenslalom aanviel, was van ongekende klasse en getuigde van een overdosis moed waarover alleen de allergrootsten op de belangrijkste momenten beschikken.
Zelfs de chauvinistische Amerikanen, die hun nationale skiheld Bode Miller op voorhand al tot de gedoodverfde winnaar hadden gebombardeerd, klapten hun handen stuk na de superieure eerste run van de Oostenrijker, die maar liefst 0,9 seconden afsnoepte van de tijd die de als eerste gestarte Miller op de klokken had gezet. Dat Miller zijn uiteindelijk zevende plaats van de eerste run wist om te buigen naar de zilveren stek na twee runs, zegt veel over de strijdlust van de man uit New Hampshire. Onder aanmoedigingen van bijna 17.000 uitzinnige toeschouwers knokte hij zich bewonderenswaardig ver naar voren, maar de zetel waarin Eberharter zich na de eerste run bevond, bleef buiten bereik van de publiekslieveling.
Met het olympische goud is de 'reïncarnatie' van Eberharter dan eindelijk voltooid. Elf jaar geleden alweer liet de destijds 21-jarige skiër zich tijdens zijn eerste WK-deelname op zowel de Super G als de combinatie tot wereldkampioen kronen. Een levende legende was in de maak, de nog jonge Eberharter leek te beschikken over vleugels, die hem naar ongekende hoogten zouden brengen. Maar wie te dicht bij de zon vliegt, verbrandt zijn vleugels en een serie zware en minder zware blessures deed de ambitieuze skiër met beide latten weer op aarde belanden. Toen de fanatieke golfer ("vergeleken bij golf is skiën maar een simpele sport") het blessureleed eindelijk de baas was, bleek Maier Eberharters rol van 'Oostenrijks wonderkind' te hebben overgenomen. 'Schimmelig en vol gaten' luidde in Oostenrijk ineens de spottende vergelijking tussen Eberharters loopbaan en een stuk kaas. Maar sinds gisteren mag die kaas wel de naam 'Goudse' dragen.