|
Na vorige week eerst het wereldrecord op de vijf kilometer te hebben verbeterd, slecht Jochem Uytdehaage tot ieders verrassing ook de oude wereldtijd op de 1500 meter.
|
SALT LAKE CITY - Het behaalde goud op de vijf kilometer was reeds uit zijn gedachten verbannen. Zei Jochem Uytdehaage. En van een olympische roes had hij de voorbije week in Salt Lake City ook niets gemerkt. Te nuchter, vermoedde hij. Bovendien was zijn olympische missie met nog twee afstanden in het vooruitzicht pas net begonnen. Gisteren, tien dagen na zijn magistrale optreden op de vijf kilometer, overtrof Uytdehaage zichzelf andermaal. Op de 1500 meter, voor schaatsers het koningsnummer, kwam hij uit op 1.44,57. De ruime verbetering van het oude wereldrecord van de Zuid-Koreaan Lee (1.45,20) bleek goed genoeg voor zilver. Maar niet voor goud.
Tegen de overmacht van de Amerikaan Derek Parra kon ook Uytdehaage niet op. De pupil van de Nederlandse trainer Bart Schouten, eerder al winnaar van zilver op de vijf kilometer, doorbrak als eerste schaatser in de geschiedenis de barrière van 1.44-minuten. Tot gisteren was er in een officiële wedstrijd nooit harder gereden dan 1.45,20. Al tijdens de gouden recordrace van Parra stond Uytdehaage op het middenterrein te applaudisseren. Want hier was slechts bewondering en respect op zijn plaats, oordeelde hij.
|
Derek Parra en Jochem Uytdehaage, respectievelijk de gouden en de zilveren medaillewinnaars op de 1500 meter.
|
Uytdehaage noemt zichzelf een perfectionist in hart en nieren. Al direct na zijn race, toen alle concurrenten nog in actie moesten komen, weigerde hij zijn karakter geweld aan te doen. De Utrechter bleek allesbehalve tevreden met de voorstelling die hij op het ijs had gegeven. "Ik heb een foutje gemaakt, het had sneller gekund", baalde Uytdehaage in eerste instantie. "Na 700 meter ben ik vergeten gas te geven. Het gaat op de 1500 meter ook zo hard. Voor je het weet, ben je er. Nee, dit was zeker geen ideale race. Maar met zilver ben ik dolgelukkig. Parra was een klasse apart. Dit is super."
Vanwege zijn lage klassering op de seizoensranglijst - hij was tot gisteren nooit sneller geweest dan 1.46,32 - had Uytdehaage de op papier ondankbare taak als eerste rijder van de gevestigde orde een tijd op de klokken te zetten. In de praktijk blijkt zoiets voor de 25-jarige schaatser meestal een voordeel te zijn. Bij de olympische skate-off in Heerenveen moest Uytdehaage ook als eerste van de drie deelnemers aan de bak. Na hem beten achtereenvolgens Martin Hersman en Erben Wennemars hun tanden stuk op zijn tijd. Gisteren herhaalde de geschiedenis zich min of meer. "Ik houd me nooit met tijden van anderen bezig. Als je een bepaalde tijd in gedachten hebt en er wordt om wat voor reden dan ook vanaf geweken, dan zou dat tegen je kunnen werken. Ik vond het dus eigenlijk wel lekker dat ik relatief vroeg moest rijden. Maar het principe van de 1500 meter blijft hetzelfde: vanaf de start moet je er honderd procent voor gaan en jezelf nergens sparen. Dat heb ik geprobeerd. Ik kwam dood over de finish."
In de Utah Olympic Oval reed de pupil van Gerard Kemkers een sterk opgebouwde race. Op de eerste 300 meter was het voor Uytdehaage - als zijnde een allrounder annex stayer - vooral zaak de schade ten opzichte van de sprinters zoveel mogelijk te beperken. Met een opening van 23,83 slaagde Uytdehaage in die opzet. Met drie daaropvolgende rondjes van 26,05, 27,06 en 27,68 seconden, waarbij zijn directe tegenstander Hanninen lange tijd als ideaal richtpunt fungeerde, doorbrak hij met zijn eindtijd van 1.44,57 als eerste schaatser in een officiele wedstrijd de magische barrière van 1,45-minuten. Toch had het nóg sneller gekund, meende ook Kemkers. "Jochem had achtereenvolgens 23,8, 26,0, 26,6 en 27,6 kunnen rijden. Dan ben je 0,3 seconden sneller", aldus de Drent. Maar ook dan was zilver Uytdehaage ten deel gevallen.
Voor Uytdehaage was alleen Erben Wennemars ooit sneller geweest. De sprinter uit de ploeg van Peter Mueler had zich niet geplaatst voor de olympische 1500 meter, maar reed drie weken geleden op de olympische ijsvloer wel een tijd van 1.44,45. Dat gebeurde echter in een trainingswedstrijd, waardoor die tijd zelfs niet als nationaal record in de boeken verdween. Die eer viel gisteren Uytdehaage met zijn 1.44,57 wèl ten deel. Uytdehaage had het trouwens als een zegen ervaren dat er ruim een volle week tussen beide olympische afstanden inzat. "Dat heeft me de tijd gegeven fysiek te herstellen, de rust te hervinden en me mentaal voor te bereiden op de volgende afstand. Voor de 1500 meter moet je anders denken. Het is een kwestie van rossen, doorgaan en de bochten aanvallen. Dat heb ik zo goed mogelijk gedaan."
Op voorhand hadden weinig mensen Uytdehaage medaille-kansen toegedicht. Sterker, kort voor het begin van de Spelen werd zijn deelname aan de schaatsmijl nog door enkelen, onder wie Wennemars, ter discussie gesteld. Hij zou kansloos zijn voor een hoge klassering. Met zijn magistrale optreden op de vijf kilometer, zijn specialiteit, maakte Uytdehaage in één klap een einde aan de zinloze discussie. Op de Utah Olympic Oval bewees de Utrechter andermaal allesbehalve een figurant te zijn. "Ik ben hier weer de beste Nederlander. Ik hoop nu dat die discussie voor altijd uit de wereld is", merkte hij fijntjes op.
Met zijn tweede olympische medaille zijn de Spelen voor Uytdehaage nog slechts gedeeltelijk geslaagd. Want hij is en blijft een perfectionist. Vrijdag komt hij nog één keer in actie, op de tien kilometer, om opnieuw voor het allerhoogste te gaan. "Ik rijd niet om tweede te worden."