AMSTERDAM - "Laat drugskoeriers lopen en neem de drugs in beslag", menen drie rechters van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba.
De heren J. Th. Wit, R.F.B. van Zutphen en P. Wagenmakers vinden het maar niets dat zoveel mogelijk drugskoeriers opgepakt, vastgezet en berecht moeten worden. "De aandacht moet worden verplaatst van de koeriers naar de drugs", verklaren zij in een artikel in de vandaag verschenen uitgave van het Nederlands Juristenblad. Arrestatie van de drugssmokkelaars zorgt ervoor dat de strafrechtketen verstopt raakt.
De rechters pleiten voor een nieuw vast te stellen beleid, waarbij de drugs in beslag worden genomen en de koeriers met een dagvaarding naar huis worden gestuurd. Dat zorgt voor meer lege cellen en de drugs worden uit de roulatie genomen.
Naar schatting reizen er dagelijks 20 tot 40 drugskoeriers naar Nederland. Zeker de helft daarvan zijn slikkers. Op basis van deze cijfers betekent dat, uitgaande van 10 vluchten per week met een minimum van 250 koeriers, er elk jaar zeker meer dan 12.000 drugskoeriers tussen Nederland en de Antillen reizen. Op de Nederlandse Antillen worden ongeveer zestig koeriers per maand aangehouden, in Nederland is dat aantal iets hoger. Dit betekent dat er jaarlijks 10.000 koeriers en bolletjesslikkers worden doorgelaten, terwijl het de Curaçaose douaniers geen moeite kostte om foutloos meer dan 40 slikkers uit vijf- tot zeshonderd passagiers van twee vluchten te pikken.
Ook drugshonden kunnen een deel van de meegesmokkelde drugs opsporen en de inzet van scanapparatuur maakt de pakkans groter. Aanhouding en het verhoor van de verdachten zorgt voor volle verhoorkamers en een tekort aan douaniers om de rest van de passagiers te controleren.
De rechters van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie pleiten ervoor alle drugs in beslag te nemen en de koeriers weg te sturen of, in uitzonderingsgevallen, te detineren. Bolletjesslikkers moeten worden vastgehouden totdat zij 'schoon' zijn, om ze vervolgens met een dagvaarding naar huis te sturen. Hiervoor moet door het openbaar ministerie een nieuw beleid worden vastgesteld. De rechters van het Hof van Justitie vragen zich daarom ook af waarom de verdachten niet tot een voorwaardelijke straf kunnen worden veroordeeld.