SALT LAKE CITY - Een ijsbaan is een ijsbaan. Tegenstanders zijn tegenstanders. En zoals de klok thuis tikt, tikt zij ook op de Utah Olympic Oval. Er zijn momenten dat Bob de Jong wel eens versteld staat van de ongekunsteldheid van zijn eigen bestaan. Zelfs op de Olympische Spelen. "Soms heb ik iets van: wat mij betreft mag er wel een beetje stress bij."

|
Bob de Jong
|
Nee, dan het olympisch kwalificatietoernooi in Thialf. "Eerlijk gezegd voelde ik toen veel meer spanning dan tot nu toe. Als sporter wil je hier zó graag naar toe, wanneer je de Spelen mist is je hele seizoen naar de knoppen. Maar nu ik daadwerkelijk ook hier ben, heb ik nog geen moment het idee gehad dat dit de wedstrijd is waar je de afgelopen vier jaar naar toe hebt gewerkt. Voor mijn gevoel leef ik toe naar een toernooi als alle andere. Zelfs het feit dat ik weet dat ik morgen tot de favorieten voor een gouden medaille behoor, verandert niets aan mijn insteek. Het enige dat anders is, is de kleding die ik aan heb."
De Jongs kalme benadering van de Olympische Spelen is een weerspiegeling van zijn karakter. Hij is rustig, doet nooit gekke dingen en altijd zijn stinkende best. Ook al wordt dat door de buitenwacht niet altijd als zodanig herkend. "Mijn tien kilometer van de Olympische Spelen van Nagano is wellicht de meest onderschatte race uit de geschiedenis van het internationale schaatsen", stelt hij. Hij dook in de M-Wave welgeteld 4,79 seconden onder het wereldrecord, dat met 13.30,55 op naam stond van de Noor Johann Olav Koss, maar diende desalniettemin genoegen te nemen met het zilver, omdat hij liefst 10,43 seconden op ploeggenoot Gianni Romme toe moest geven.
Het is zijn lot, getuige een handjevol andere Bob de Jong-trivia. Op gewone schaatsen heeft hij, met 6.37,55, de tweede tijd op de 5000 meter ooit achter het wereldrecord dat met 6.34,96 op naam staat van Johann Olav Koss gereden. Op diezelfde afstand slechtte hij, in december '97, als eerste met klapschaatsen Koss' tijd (6.33,58), een race die werd gevolgd door een 6.30,63 van Gianni Romme. Met 3.53,06 heeft hij nog altijd de beste drie kilometer ooit op conventionele schaatsen achter zijn naam staan. En zondag reed hij met 3.42,52 onder het oude wereldrecord op die afstand, maar was Romme met 3.40,02 hem net sneller af.
"Eigenlijk heb ik altijd in de schaduw van anderen gepresteerd en daarom nog nooit de erkenning gekregen die ik graag wil hebben. Dit weekeinde lijkt me een mooie gelegenheid daar eens aan te gaan werken."
De mogelijke gevolgen neemt de 25-jarige Leimuidenaar graag voor lief. "Mijn leven zal bij het winnen van olympisch goud ongetwijfeld omslaan. Kijk maar naar Gianni Romme. Hij is de afgelopen vier jaar in allerlei opzichten zo ongelofelijk veranderd, hij is gewoon een compleet ander persoon geworden. Vier seizoenen geleden ging hij op een heel andere manier met zijn sport om, hij was er veel meer mee bezig. Maar wat er met je gebeurt, wordt in de eerste plaats bepaald door je omgeving. Wat dat betreft zit ik bij TVM wel bij de juiste ploeg."
"De vraag is alleen of ik volgend jaar nog wel voor deze sponsor rijd. Of beter: het staat helemaal niet vast dat ik komend seizoen überhaupt nog wel schaats. Op mijn eigen verzoek heb ik ook nog geen contractaanbieding gekregen. Pas na de Spelen ga ik eens rustig nadenken wat ik eigenlijk wil gaan doen. Ik zie om me heen een heleboel uitdagingen die me geweldig lijken. Het lijkt me heel mooi te stoppen met schaatsen en te kijken of ik in een andere tak van sport óók de wereldtop kan halen. Dat idee is houdt me al langer bezig. Eén van mijn ambities is bijvoorbeeld om te gaan skiën, mede omdat veel trainingsvormen hetzelfde zijn. Die plannen zijn zelfs zo concreet geweest, dat ik me na Nagano tot NOC*NSF heb gewend om te vragen of het eventueel mogelijk was voor de komende Winterspelen één atleet in te schrijven voor twee verschillende sporten. Toen ik te horen kreeg dat zoiets hen geen goed idee leek, heb ik me daarbij neergelegd. Ach, misschien is het wel beter ook. Anders krijg je het wel erg druk."
"Tot mijn veertiende was ik een goede schoolslagzwemmer, ik won in mijn leeftijdscategorieën zo'n beetje alles wat er te winnen valt. Dat zou ook een uitdaging kunnen zijn. Of baanwielrennen, dat ligt me ook wel. Afgelopen zomer heb ik een aantal gesprekken gevoerd met Peter Pieters, de bondscoach van de KNWU, om me te oriënteren wat er mogelijk zou kunnen zijn. Het lijkt me geweldig om over twee jaar de Olympische Spelen van Athene mee te mogen maken. Het baanwielrennen vertoont natuurlijk ook veel overeenkomsten met schaatsen. Er zijn niet voor niets veel schaatsers die beide sporten combineren. En zo'n achtervolging van vier kilometer op de baan of een vijf kilometer op het ijs, dat lijkt behoorlijk op elkaar. Na afloop van het seizoen wil ik eerst met verschillende mensen van die sportbonden praten wat de mogelijkheden zijn. Daarna neem ik in alle rust een beslissing."
En als hij toch doorgaat als schaatser? "Dan start ik misschien wel een eigen, nieuwe schaatsploeg en ga ik kijken hoe ver ik als allrounder kan komen. Waarom niet? Ik ga geen enkele uitdaging uit de weg."