VOORBURG - Het aantal mensen met een baan is vorig jaar voor het eerst in de geschiedenis boven de zeven miljoen uitgekomen. Die mijlpaal werd gepasseerd omdat de reeks van jaren met een gunstige arbeidsmarkt ook in 2001 werd voortgezet. Er kwamen 147.000 mensen bij die per week minstens twaalf uur betaald werk verrichtten.
Dat blijkt uit gisteren door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bekendgemaakte cijfers. Het aantal banen groeide vorig jaar opnieuw sterker dan de beroepsbevolking. Daardoor daalde de werkloosheid verder. De daling was ongeveer even groot als in 2000, maar minder sterk dan de laatste drie jaar van de vorige eeuw.
In de afgelopen vijf jaar kwamen er bijna 880.000 mensen met een baan bij. Vooral vrouwen profiteerden. Het aantal werkende vrouwen nam toe met ruim 530.000, terwijl de toename bij mannen bleef steken op ruim 340.000.
Vorig jaar had ruim 53 procent van alle vrouwen van 15 tot 65 jaar betaald werk voor twaalf uur of meer per week. Tien jaar geleden was dit nog maar 41 procent. Daarmee is de stijging van de arbeidsdeelname van vrouwen over deze periode twee keer zo groot als die bij mannen. Desondanks is het aantal mannen met een baan met 77 procent nog steeds veel groter.
De arbeidsdeelname van vijftigers is al jarenlang aan het stijgen. Daardoor had vorig jaar voor het eerst meer dan de helft (51 procent) van de 55- tot 60-jarigen een baan. Aan het eind van de jaren tachtig en de eerste helft van de jaren negentig kwam dat percentage niet boven de 38 uit.