AMSTERDAM - De Europese Commissie denkt dat Italië te optimistisch is over de te verwachten economische groei dit jaar en volgend jaar. Desondanks haalt Italië met de hakken over de sloot de goedkeuring wat betreft de begrotingsplannen.
Aanstaande woensdag moet de commissie een oordeel geven over de zwakkere broeders binnen de eurozone, waaronder de zuidelijke landen en Duitsland, dat door de groeivertraging dicht aan de bovengrens van 3% komt wat betreft het begrotingstekort.
Medio februari beslissen dan de ministers van Financiën of alle eurolanden voldoen aan de eisen van het Stabiliteitspact, het veiligheidsventiel wat betreft een gezond staatshuishoudboekje voor de eurolanden. Omdat de eurolanden afhankelijk zijn van elkaars degelijke begroting, hebben de ministers van Financiën van de twaalf landen het recht de begrotingen van elkaar te beoordelen en zo nodig aan te dringen op actie.
In eerste instantie geeft de Europese Commissie een schot voor de boeg en dat oordeel is over het grootste zorgenkind Italië twijfelachtig. Het rekent op voor haar berekeningen op economisch herstel eind 2001, terwijl Brussel uitgaat van de tweede helft van 2002. De Italiaanse prognose komt voor 2002 en 2003 uit op een groei van de economie van 2,3 en 3%, terwijl de commissie niet verder komt dan 1,3 en 2,7%.
Duitsland denkt het begrotingstekort dit jaar wel degelijk binnen de beoogde 2,7% te houden, omdat de economie in de tweede helft van dit jaar zal aantrekken. De groei over heel 2002 zal 0,75% bedragen en dat is precies het percentage dat nodig is om de geraamde belastinginkomsten binnen te krijgen. Die gunstige verwachting baseert de Duitse regering op de lage rente en de weinig stijgende loonkosten.