AMSTERDAM - Het plan van de Sociaal-Economische Raad (SER) voor een strenger wao-stelsel levert een besparing op van enkele miljarden euro's. Dat zal SER-voorzitter Herman Wijffels vandaag bekendmaken, zo melden bronnen rond de raad.
Werkgevers, vakorganisaties en kroonleden voerden gisteren overleg met het Centraal Planbureau (CPB) over de effecten van een nieuw wao-stelsel, waarover begin deze week een principe-akkoord werd bereikt. Alleen werknemers die 80% of meer duurzaam arbeidsongeschikt raken, krijgen een wao-uitkering (75% van het laatste verdiende loon, nu 70%). Gedeeltelijk arbeidsongeschikten die voor 35 tot 80% worden afgekeurd, blijven tijdens een twee jaar durende reïntegratieperiode in dienst van hun werkgever. Het eerste jaar voor 100% van hun laatste loon, het tweede ziektejaar voor 70%. Dit mag, zoals nu in de meeste gevallen gebeurt, niet in cao's worden aangevuld tot 100% (bovenwettelijke aanvulling).
Het CPB rekende gisteren voor dat het voorstel weliswaar niet duurder is, maar ook geen kostenbesparing oplevert. De rekenmeesters van het CPB lieten zich echter door de sociale partners overtuigen dat zij van verkeerde aannames zijn uitgegaan en komen daarom over enkele weken met nieuwe cijfers. Met name het begrip 'duurzaam arbeidsongeschikt' werd door het CPB verkeerd uitgelegd. De verwachting is dat door de strengere knip tussen volledig en gedeeltelijk arbeidsongeschiktheid de wao-instroom met zeker 25.000 gevallen zal verminderen.
Verder heeft de vakbeweging ingestemd in de Stichting van de Arbeid mee te werken aan een aanbeveling, waarbij de verschillende vakbonden worden 'verplicht' de bovenwettelijke aanvulling definitief te laten varen. De vakbeweging op haar beurt wil dat de bovenwettelijke aanvulling wel blijft bestaan als reïntegratiemiddel voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers in bepaalde sectoren. De werkgevers wilden gisteren een SER-akkoord hierop niet laten afketsen.