AMSTERDAM - Het personeel van ABN Amro voelt zich voor de tweede keer in zes maanden flink geschoffeerd door zijn werkgever. Uitspraken van topman Rijkman Groenink wekken de indruk dat de bank werknemers die gebruik maken van een door ABN Amro zelf aangeboden vertrekpremie, als zakkenvullers beschouwt.
|
Groenink
...nuance... (Foto: ANP)
|
Medewerkers hadden tot afgelopen dinsdag de tijd om zich aan te melden voor een vertrekregeling. Bij de bank verdwijnen de komende jaren 6250 arbeidsplaatsen. Om het schrappen van banen te bespoedigen, gaf ABN Amro werknemers die vrijwillig hun biezen pakten een flinke zak geld mee.
Ruim 6600 mensen gaven zich hiervoor op. Met de aanmeldingsperiode achter de rug liet topman Groenink uit zijn mond optekenen dat "nu duidelijk is wie weggaat en wie blijft, je een sfeer ziet ontstaan van 'wij de blijvers, de loyalen' tegenover 'zij, de vertrekkers, de zakkenvullers'."
Daarmee noemt Groenink degenen die de bank feitelijk een dienst bewijzen door te vertrekken niet zelf 'zakkenvullers', benadrukt een woordvoerder, maar dat bleek voor het personeel een nuance te veel. "Er is intern zeker op gereageerd", erkent de woordvoerder. "Groenink heeft zelf ook gereageerd."
In een intern memo gaf hij gisteren tekst en uitleg, waarin hij benadrukt dat het ontstaan van twee kampen - blijvers en vertrekkers - "niet gewenst" is. Vakbond De Unie meent dat Groenink desondanks "zijn eigen bank opnieuw op stelten heeft gezet". Dat gebeurde al eerder toen ABN Amro een deel van zijn personeel niet in aanmerking wilde laten komen voor de vertrekregeling.
De bank zelf heeft de termen nooit gebruikt, maar onder het personeel ontstond de indruk dat zij die niet mochten vertrekken 'onmisbaar' waren en zij die wel mochten vertrekken 'dus misbaar'. "Het personeel reageert nu dan ook met de verzuchting: nee, niet weer", stelt Daan Leeman (De Unie).
Groenink trok voor het eerdere misverstand het boetekleed aan. "We hebben de hardheid van die boodschap onderschat", zei hij in een interview met Vrij Nederland. "De heer Groenink blijkt hardleers", constateert Leeman. "Het gevolg van de eerste uitglijder was "vreselijk verdrietige en gedemotiveerde medewerkers", aldus Groenink. Dat is nu niet anders, stelt De Unie.