ARNHEM - "We hebben weer een 'water-lijk' gevonden! Niets bijzonders, ze spoelen hier bijna tweewekelijks aan." De Arnhemse politievoorlichter Remke Weller reageert nuchter op het bericht dat er een dode in de Rijn is aangetroffen. "Voor ons is het eigenlijk routine. We kijken er niet meer van op."

Het zoveelste stoffelijk overschot werd afgelopen week door een duikploeg van de Arnhemse brandweer bij de Rijnkade uit het water gevist. Het slachtoffer, een stevige man, was vermoedelijk afkomstig uit Keulen. Doodsoorzaak vrijwel zeker zelfmoord. Met de regelmaat van de klok spoelen er onder meer bij Arnhem water-lijken aan.

"In 90 procent van de gevallen gaat het om Duitsers", vertelt Ed Kraszewski van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD), Dienst Waterpolitie in Driebergen.

"In sommige gevallen drijven de lichamen wekenlang in het water voordat ze worden opgemerkt." In de wintermaanden is het volgens Kraszewski erg 'druk' met Duitsers die in de Rijn gesprongen zijn. "Dat heeft natuurlijk ook te maken met de feestdagen. We hebben dan substantieel meer gevallen van water-lijken", vertelt hij.

De meeste slachtoffers zijn afkomstig uit de grote steden in Nordrhein-Westfalen, zoals Keulen, Düsseldorf en Duisburg. De lichamen worden vanuit het Ruhrgebied meegezogen door de stroming van de rivier. "Statistische gegevens zijn er feitelijk niet, maar het schommelt tussen de zes en dertien lichamen in de eerste maanden van het nieuwe jaar", aldus de KLPD-zegsman. "Vooral in de weken pal na de jaarwisseling is het goed raak."

Henny Wientjes, groepschef van de districtsrecherche Arnhem-Veluwezoom, werkt al 34 jaar bij de Arnhemse politie. Hij heeft in zijn loopbaan geregeld stoffelijke overschotten uit het Rijnwater moeten vissen. "Het zijn niet de leukste klusjes. Vooral als de watertemperatuur erg hoog is, kan een lichaam tijdens het bergen helemaal uit elkaar vallen. Sommige lijken drijven heel ver de Rijn in, anderen komen terecht in de zijrivieren, zoals Waal of IJssel. Als we een lijk aantreffen, dan gaan we er altijd van uit dat het om een misdrijf kan gaan. De kwaliteit van dode lichamen kan verschillen. De Duitse man die we afgelopen vrijdag aantroffen, heeft vermoedelijk een maand in het water gelegen", aldus Wientjes.

Arnhemse rechercheurs reizen veelvuldig af om in samenwerking met de Duitse autoriteiten de identiteit van de geborgen lichamen te achterhalen. "We nemen dan alle nog bruikbare identificatiegegevens mee, zoals vingerafdrukken, gebitsgegevens of restanten van kledingstukken", vertelt Wientjes.

Volgens de rechercheur is de Rijn een onvoorspelbare rivier. "Het is een levensgevaarlijke rivier. Ik ben een getrainde zwemmer, maar ik durf niet naar de overkant te zwemmen", zegt hij. Slachtoffers die zich in de Rijn laten vallen, hebben volgens Wientjes weinig overlevingskansen. "De onderstroom kan erg wild zijn, waardoor het lichaam heel snel naar beneden wordt gezogen. Dan ben je kansloos."

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 18 januari 2002