ANKARA - Turkse militaire en politieke leiders hebben tot strenge maatregelen besloten om de verwacht sterke groei van het moslimfundamentalisme in het land tegen te gaan. Religieus onderwijs zal worden beperkt en er zal scherpe controle komen op financiering van moslimgroeperingen in het land. In het kader van de nationale veiligheidsraad, waar topmilitairen en ministers gezamenlijk het beleid in grote lijnen uitstippelen, is er verleden week vrijdag op aangedrongen dat het parlement een serie van nieuwe wetten moet aannemen die de gevreesde verbreiding van fundamentalisme moet tegengaan. Een groot deel van deze maatregelen is nog geheim.
Volgens de krant Hürriyet heeft de raad onlangs voorgesteld de leerplicht met vier jaar te verlengen. Dit betekent in de praktijk dat alleen nog het hoger onderwijs op religieuze leest geschoeid kan zijn.
Nadat Abdullah Öcalan, de leider van de Koerdische afscheidingsbeweging PKK, in februari 1999 gevangen werd genomen en terroristische activiteiten van zijn partij sindsdien nauwelijks nog voorkomen, zorgt vooral moslimfundamentalisme voor grote angst in Turkije.
Bij haar oprichting in 1923 heeft de Turkse republiek een grondwet gekregen waarin de scheiding tussen religie en staat is geregeld. Daarom worden islamitische politieke partijen vaak verboden en werd in 1997 de islamitische regering-Erbakan de laan uitgestuurd.
|
Erdogan (Foto: EPA)
|
De economische crisis waarmee het land al zeer geruime tijd kampt en het onvermogen van de traditionele politieke partijen die te bestrijden, werken felle protesten in de hand. Het trouwe NAVO-lidmaatschap en de intensieve samenwerking met de Verenigde Staten worden ook niet door alle Turken toegejuicht. Velen zien meer heil in de nieuwe islamitische Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AKP) van de oud-burgemeester van Istanboel, Recep Tayyip Erdogan. Zijn populariteit groeit met de dag. Erdogan loopt voorop in het verzet tegen de plannen van politieke en militaire leiders om de invloed van de islam in het land terug te dringen.
"Het is van uiterst belang voor de toekomst van het land dat er geen maatregelen worden genomen die de sociale vrede in gevaar brengen", zei hij dreigend.