door John van den Heuvel AMSTERDAM - Desi Bouterse wordt definitief niet in Nederland vervolgd voor de Decembermoorden en zal dus nooit in ons land terecht hoeven te staan voor zijn rol in 1982 bij het executeren van vijftien politieke tegenstanders in Suriname.

Dat heeft het Amsterdamse gerechtshof bepaald. Het hof geeft hiermee gevolg aan verzoeken van Bouters' advocaat mr. A. Moszkowicz en van het openbaar ministerie, dat van mening was dat een succesvolle vervolging in Nederland van de oud-legerleider geen haalbare kaart is.

Hetzelfde hof besloot in november 2000 nog dat de oud-legerleider wél in Nederland kon worden vervolgd voor zijn rol bij de Decembermoorden. De rechter-commissaris opende hierna op 30 januari van het vorig jaar een gerechtelijk vooronderzoek tegen Bouterse.

's Lands hoogste rechtscollege, de Hoge Raad, oordeelde later in een andere procedure dat met een vervolging van Bouterse de Nederlandse Grondwet zou worden geschonden. Dat had volgens de Hoge Raad tot gevolg dat de beslissing van het hof om Bouterse voor de verweten feiten te vervolgen, nooit tot een veroordeling zou kunnen leiden.

Het gerechtshof heeft op grond van die beschikking op 27 december jongstleden de officier van justitie bevolen de vervolging van Bouterse te staken en hem een 'kennisgeving niet verdere vervolging' te sturen. Dit betekent in de praktijk dat de oud-legerleider nu alleen nog in eigen land kan worden berecht. De Surinaamse justitie is al enige tijd bezig met een vooronderzoek tegen Bouterse, dat naar verwachting dit jaar wordt afgerond. Volgens A. Moszkowicz zal hij zijn cliënt samen met een Surinaamse advocaat bijstaan als deze in Paramaribo voor de rechter moet verschijnen.

zoek naar gerelateerde artikelen

do 3 januari 2002