AMSTERDAM - Binnen de streng-christelijke sekte De Noorse Broeders is grote opschudding ontstaan nu blijkt dat volgelingen hun kinderen veelvuldig en soms zelfs stelselmatig hebben mishandeld.

In naam van de Heer, waarbij bijbelspreuken regelmatig als excuus werden gebruikt, werd het kroost 'getuchtigd', zoals de lijfstraffen binnen het genootschap werden genoemd. De Noorse Broeders erkennen bij monde van voorganger J.G. Littooij dat zich in het verleden geweld jegens kinderen heeft afgespeeld. De leiding van de sekte biedt deze slachtoffers nu de kans alsnog hun beklag te doen.

De affaire is aan het rollen gebracht door André Venema (34) uit Almelo, die gisteren aangifte deed van jarenlange lichamelijke en geestelijke mishandeling. Volgens Venema, tot wie zich inmiddels reeds meerdere slachtoffers hebben gewend, zijn tientallen kinderen op dergelijke wijze in hun jeugd met onder meer stokken, zwepen en vitragerails 'de vernieling in geholpen': "Zij kampen nu met de grote psychische gevolgen daarvan. De Noorse Broeders hebben een spoor van geestelijke vernieling achtergelaten."

Met de aangifte wil de Almeloër afdwingen dat justitie niet alleen zijn zaak onderzoekt, maar de hele organisatie doorlicht op strafbare feiten.

De geloofsgemeenschap van De Noorse Broeders telt in Nederland zo'n 2000 leden, van wie circa driekwart minderjarig. Wereldwijd zijn er 30.000 volgelingen.

De advocaat van Venema, de bekende Enschedese strafpleiter mr. Robert F. Speijdel: "Je kunt De Noorse Broeders bijna als een fundamentalistische groepering typeren. Deze instelling propageerde het toepassen van lijfstraffen. Dat noemden ze tuchtigen, maar juridisch gezien is het regelrechte mishandeling."

De advocaat vertegenwoordigt ook andere slachtoffers van het genootschap. Ook de Vereniging Tegen Manipulatie en de stichting De Keursteen doen onderzoek naar klachten over De Noorse Broeders.

Voorganger Littooij uit Almelo over de mishandelingen: "Eind jaren zeventig, begin jaren tachtig kwamen enkele geestelijk leiders vanuit Noorwegen, onder wie Enok Hansen, naar Nederland om op landdagen te vertellen hoe zij zelf lijfstraffen toepasten. Ik vrees dat Nederlandse volgelingen dit hebben overgenomen."

Littooij vervolgt: "Honderden mensen hebben de lezingen gehoord. Dan hoeft maar 10 procent de daad bij het woord te voegen en dan heb je het inderdaad over tientallen slachtoffers. Er zijn echter nooit klachten van kinderen bij ons binnengekomen." Volgens Littooij is er vanuit Noorwegen ingegrepen en zijn de 'rotte appelen' uit de organisatie verwijderd.

Woordvoerder André Schaap van de politie Twente laat weten dat de aangifte nauwkeurig wordt bestudeerd: "Bij dergelijke sektarische groeperingen is het vaak lastig meerdere getuigen c.q. slachtoffers te vinden. Als echter blijkt dat die in deze zaak - zoals dit slachtoffer zegt - voorhanden zijn, kan de politie het onderzoek grootschaliger aanpakken en eventueel een speciaal team formeren."

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 14 december 2001