AMSTERDAM - Het kabinetsbesluit over de deelname aan het Joint Strike Fighter-programma loopt vertraging op. Volgens bronnen rond het kabinet is het onwaarschijnlijk geworden dat de beslissing nog voor Kerstmis wordt genomen.
Het kabinet is nog lang niet tevreden over de financiële bijdrage van de industrie voor het mee-ontwikkelen van de Amerikaanse Joint Strike Fighter als opvolger van de F16. De meest betrokken bewindslieden onder wie premier Kok, staatssecretaris Van Hoof en minister De Grave (Defensie) en de ministers Jorritsma (Economische Zaken) en Zalm (Financiën) hebben daar gisteren apart over vergaderd.
Als Nederland besluit mee te doen aan het JSF-project kost dat 1,8 miljard waarvan de industrie 800 miljoen voor zijn rekening zou moeten nemen. Defensie is goed voor 600 miljoen en Economische Zaken neemt 400 miljoen voor zijn rekening.
Vertegenwoordigers van de industrie en de overheid zijn al weken bezig met intensieve gesprekken over de manier waarop de 800 miljoen op tafel moet komen. De voorstellen van de industrie zijn volgens de overheid echter niet hard genoeg waardoor er nog een fors financieel gat moet worden overbrugd.