door Maarten van Aalderen VENETIË - Het ziet ernaar uit dat kaplaarzen en steigers niet meer als enige wapens zullen worden gebruikt in de decennialange strijd tegen het hoge water in Venetië. De Italiaanse ministerraad heeft gisteren samen met de vertegenwoordigers van het lokale bestuur het omstreden project MOSE (Experimentele Elektromechanische Module) aangenomen.
|
(Foto: AP)
|
Hierdoor komen er in totaal 79 mobiele 'dijken' van 20 twintig meter breed, 30 meter lang en vijf meter dik op drie verschillende plekken voor de lagune van Venetië. Ze gaan automatisch omhoog als de zeespiegel meer dan 110 centimeter is gestegen, waardoor ze het water voor de lagune blokkeren. Deze afsluiting duurt zo'n drie à vier uur. De bewegende dijken moeten binnen acht jaar worden gerealiseerd en kosten in totaal ongeveer 2,6 miljard euro.
"Een historische dag voor Venetië", riep de voorzitter van de regio Veneto, Giancarlo Galan, enthousiast. "Eindelijk is er een project aangenomen dat op systematische wijze de stad en de lagune beschermt", voegde de burgemeester van Venetië, Paolo Costa, daaraan toe. Een aantal jaren geleden had een comité van vijf wijzen, onder wie prof.dr. Veilinga van de Vrije Universiteit van Amsterdam, al het groene licht voor het project gegeven.
Toch is niet iedereen tevreden. Vooral milieuactivisten zijn altijd felle tegenstanders geweest. Ze vrezen dat met de mobiele dijken het ecosysteem in de lagune te sterk zal worden aangetast, terwijl het resultaat onzeker is en de kosten enorm zijn. Door hun intensieve lobbyactiviteiten is het project jarenlang uitgesteld en er zijn oeverloze discussies gevoerd, maar de milieuactivisten zijn nooit met een concreet alternatief plan gekomen. In de tussentijd is de stad van de dogen vele malen onder water komen te staan, zoals drie weken geleden, en was de situatie totaal onhoudbaar geworden.