DEN HAAG - Het besluit van staatssecretaris Hoogervorst (Sociale Zaken) om per direct te stoppen met de landelijke rsi-campagne is met verbazing ontvangen. "Een vreemde, ondoordachte actie. Door te stoppen met de landelijke campagne worden veel mensen die kans lopen op rsi niet meer bereikt, met alle gevolgen van dien", reageert Paulus Plas, woordvoerder van de vakcentrale FNV. Ook de Commissie-Rsi van de Gezondheidsraad en de Rsi-patiëntenvereniging begrijpen weinig van het beleid van de bewindsman.

Hoogervorst maakte aan het begin van deze week bekend te stoppen met de landelijke rsi-campagne omdat die tot "valse ziektebeelden" zou leiden. "Een te globale definitie van rsi heeft als risico dat mensen ten onrechte zichzelf herkennen als rsi-patiënt", zo stelt de bewindsman in een brief aan de Tweede Kamer.

Volgens Hoogervorst blijkt uit een advies van de Gezondheidsraad dat er grote onduidelijkheid is over de definitie van rsi en dat zo'n 75% van de rsi-klachten zelfs medisch gezien niet aantoonbaar is. In plaats van een algemene voorlichtingscampagne wil de staatssecretaris de problemen alleen in die sectoren aanpakken waar veel rsi-problemen zijn, zoals bij beeldschermwerkers.

De vakcentrale FNV kenschetst de beleidsswitch van Hoogervorst als "ondoordacht". "De staatssecretaris heeft door de Arbeidsinspectie onderzoek laten doen, waaruit een forse toename van het aantal rsi-klachten naar voren kwam. En dat was ook logisch want het aantal uren dat mensen met een beeldscherm werken, is alleen maar toegenomen. Blijkbaar kwam die uitkomst hem niet uit. Het is vreemd om dan te stoppen met de algemene campagne. Vooral ook omdat daardoor nieuwkomers op de arbeidsmarkt, zoals studenten en kinderen, niet meer bereikt worden. En dat is vragen om ongelukken", aldus Plas. Verder stelt de vakcentrale dat ook allerlei beroepen waar rsi niet voor de hand ligt, zoals vleesuitbeners en kappers, niet meer bereikt worden.

"Wij worden ontzettend veel gebeld door studenten", zegt woordvoerster Sonja Dippel van de Rsi-patiëntenvereniging. "Vrijwel iedere student op een universiteit en hoge school heeft tegenwoordig een laptop of computer. Die groep valt eigenlijk nu een beetje tussen de wal en het schip omdat er voor hen nog geen arbo-artsen zijn. Ik ken studenten die vanwege de rsi-klachten bijna niet kunnen afstuderen en soms hun hele scriptie op een bandje in moeten spreken. Vooral voor deze groep is de voorlichting belangrijk, omdat er ook een grote preventieve werking vanuit gaat. Het is belangrijk mensen veel te vertellen over rsi zodat de klachten beter te herkennen zijn, en er sneller iets aan gedaan kan worden."

De vakcentrale FNV krijgt veel signalen die duiden op een gebrek aan expertise over rsi bij hulpverleners als huis- en arbo-artsen. "Behalve per sector zou er ook veel meer voorlichting moeten komen voor de hulpverleners, zodat rsi-problemen beter herkend kunnen worden", aldus Plas.

De aankondiging van Hoogervorst dat hij binnenkort een goede diagnose-methode voor rsi wil laten ontwikkelen wekt bevreemding omdat zo'n protocol er allang ligt. Het werd onder meer geschreven door Monique Frings, hoogleraar beroepsziekten en werkzaam in het AMC. Frings is tevens voorzitter van de Commissie-Rsi die namens de Gezondheidsraad advies uitbracht aan staatssecretaris Hoogervorst. Het mede door haar ontwikkelde protocol is al in Brussel gepresenteerd en er worden ook al bedrijfsartsen mee opgeleid.

"Met behulp van dit protocol is heel goed vast te stellen of iemand ook echt rsi heeft. Allereerst worden er allerlei aandoeningen, zoals een tenniselleboog, uitgesloten. Verder wordt er gelet op zaken als tintelingen en krachtsverlies, en wordt er gekeken of het ook aannemelijk is dat de klachten door het werk zijn veroorzaakt. Als deze methode goed wordt toegepast, kan er zo worden vastgesteld of iemand echt rsi heeft", stelt Frings.

De Amsterdamse hoogleraar noemt het "niet handig" dat Hoogervorst stopt met de landelijke rsi-campagne. "Daardoor bereik je veel groepen niet die in de toekomst kans lopen op rsi. Dan heb ik het over bijvoorbeeld vuilnismannen die nu de vuilnis ophalen met behulp van een joystick op de vrachtwagen. Of kinderen op school en natuurlijk studenten. Mensen werken steeds meer met beeldschermen. Daarom blijft goede voorlichting echt nodig."

zoek naar gerelateerde artikelen

wo 5 december 2001