door René Steenhorst UTRECHT - Zeven invloedrijke medisch-maatschappelijke organisaties willen dat minister Borst (Volksgezondheid) nog deze maand groen licht geeft aan een grootscheeps offensief voor het opleiden van duizenden verpleegkundigen.
Onder aanvoering van de NVZ Vereniging van Ziekenhuizen bepleiten de organisaties de vorming van een stimuleringsfonds voor opleidingen in de algemene ziekenhuizen. Deze geldpot zou jaarlijks ten minste 400 miljoen gulden (= ca. 182 miljoen euro) moeten bevatten en per 1 januari 2002 beschikbaar zijn. De ziekenhuizen zeggen bereid te zijn jaarlijks 160 miljoen gulden (ca. 73 miljoen euro) voor hun rekening te nemen.
Het opleidingsoffensief moet, zo zeggen de deelnemende instanties, een structureel einde maken aan de zeer ernstige tekorten aan verpleegkundigen, operatiekamerpersoneel en andere professionele werkers in de gezondheidszorg.
Alle Nederlandse ziekenhuizen worden met deze bijtende malaise geconfronteerd. Wachtlijsten met vele tienduizenden patiënten zijn het gevolg;
velen zijn gestorven of gehandicapt geraakt door een vertraagde behandeling.
Met de gelden uit dit voorgestelde stimuleringsfonds zouden de 8000 bestaande opleidingsplaatsen voor leerling-verpleegkundigen en studenten moeten worden gefinancierd, alsmede vierduizend extra opleidingsplaatsen worden geschapen. "Alleen op deze wijze kan op termijn een einde komen aan de personele problemen en kunnen de wachtlijsten worden bekort", zeggen de organisaties in een brandbrief aan minister Borst. De opleiding van medewerkers wordt sinds 1983 door de ziekenhuizen uit het eigen budget betaald.
Naast de NVZ Vereniging van Ziekenhuizen behoren tot de ondertekenaars van de brief: de Orde van Medisch Specialisten, de Zorgverzekeraars Nederland, de HBO-Raad (vereniging van hogescholen), de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF), de BVE-raad (beroepsonderwijs en volwasseneneducatie) en de Algemene Vergadering van Verpleegkundigen en Verzorgenden (AVVV).
Aanvankelijk had het stimuleringsfonds per 1 september jl. van start moeten gaan. Het plan kreeg sympathie - uit de zorgsector zelf, maar ook uit de politiek. Mevrouw Borst zou naar verluidt hebben aangegeven het "een goed plan" te vinden en er "een ondersteuning van haar beleid" in te zien. "Maar", zo zeggen de ondertekende organisaties, "het fonds dreigt nu ten onder te gaan in het bureaucratische moeras." Zij vrezen het doorschuiven van de oprichtingsdatum naar, op z'n vroegst, 2003. "Maar elk jaar dat verloren gaat, heeft directe gevolgen voor de patiëntenzorg. Uitstel van het plan, hetgeen de personele problemen in de ziekenhuizen in stand houdt, is onverteerbaar."
De groep van zeven organisaties wijst in het schrijven de minister, wellicht ten overvloede, op de zich almaar opstapelende problemen in de gezondheidszorg: "Recente rapporten duiden op een dramatische daling van de instroom in de verpleegkundige opleidingen en een groot tekort aan stageplaatsen. Medisch specialisten luiden de noodklok over het tekort aan onder andere intensive care-verpleegkundigen en de gevolgen die dit en andere tekorten aan verpleegkundigen hebben voor patiënten."
Woordvoerder R. Huisman van de NVZ Vereniging van Ziekenhuizen zegt: "Door dit plan kunnen we méér verpleegkundigen opleiden en hen ook béter opleiden. Het fonds voorziet namelijk eveneens in het vrijmaken van speciale praktijkbegeleiders die meer leerling-verpleegkundigen naar de eindstreep zullen kunnen brengen. Het rendement van de opleiding kan dus hoger zijn; minder leerlingen zullen afhaken."