door Tjyying Liu TAIPEI - Het zijn spannende tijden voor de politiek in Taiwan. Zaterdag vinden er parlementsverkiezingen op het eiland plaats en de partij met het grootste aantal zetels, de Kwomintang (KMT, de nationalistische partij), zit in een diepe crisis.
|
Een Taiwanees die meerijdt in een campagne-optocht heeft zijn bestelwagen volgeplakt met verkiezingsposters. (Foto: AP)
|
Verliest de KMT de meerderheid in het parlement, dan is het afgelopen met de jarenlange dominantie van de nationalistische partij op Taiwan. Zowel voor de binnenlandse politiek als voor de banden met China kan dat grote gevolgen hebben.
Sinds de voor de KMT desastreus verlopen presidentsverkiezing, waarbij kandidaat Lien Chang op een ruime achterstand als derde eindigde, vorig jaar maart, is het alleen maar bergafwaarts gegaan met de partij. Het aantal leden van de rijkste politieke club ter wereld is drastisch teruggelopen, niet in de laatste plaats omdat de partij na de verkiezing liet zien een slechte verliezer te zijn.
Bij de aanstelling zeventien maanden geleden van president Chen Shui-bian van de Democratische Partij van het Volk (DPP) gaf de KMT duidelijk te kennen niet zonder slag of stoot de macht uit handen te geven. Vrijwel ieder beleidsvoorstel van de regering werd zonder discussie door een KMT-beheerst parlement afgekeurd. Een poging om Chen een aantal maanden na zijn verkiezing tot president af te zetten, werd ternauwernood voorkomen.
"Elke mogelijkheid werd gebruikt om de regering van president Chen dwars te zitten", zegt de 51-jarige conciërge Cha Baoyuan schamper. Net als Cha zijn de meeste kiezers de patstelling tussen de regering en het parlement beu. "Iedereen geeft elkaar van alles de schuld en in de tussentijd wordt er niets opgelost", zegt Cha. "Als de regering en het parlement op één lijn zitten, dan heb je die problemen niet. Maar dat kan alleen als de regering het ook voor het zeggen heeft in het parlement."
Coalitie
Om dat voor elkaar te krijgen moet de DPP een coalitie aangaan. Een absolute meerderheid is niet haalbaar want daarvoor heeft de DPP te weinig kandidaten naar voren geschoven. Een eerste partner heeft zich hiervoor al aangediend: de TSU, de Unie van Solidariteit van Taiwan, een nieuwe pro-onafhankelijkheid partij die belangrijke steun krijgt van de voormalige president Lee Teng-hui.
Een DPP/TSU-coalitie zou evenwel een probleem kunnen opleveren voor de relatie tussen de twee landen aan weerszijden van de Straat van Taiwan. Sinds de burgeroorlog van 1949, waarbij de nationalistische regering na haar nederlaag uitweek naar Taiwan, botert het niet tussen Peking en Taipei. China beschouwt het eiland als een afvallige provincie.
Aan zowel Chen als Lee heeft Peking een enorme hekel. Beiden zijn het niet eens met het één-China-principe dat Peking oplegt en ze willen een andere dialoog met het vasteland, op basis van gelijkheid.
Wat er ook gebeurt, analisten geloven dat het vormen van wat voor coalitie dan ook zonder meer goed is voor de Taiwan/China-verhouding. "De verhoudingen in de politiek op dit eiland zijn zo snel veranderd, dat Peking het niet meer kan bijhouden", zegt presidentieel adviseur Michael Hsiao van het gerenommeerde onderzoeksinstituut Academia Sinica.
"Deze verkiezingen brengen meer stabiliteit en duidelijkere beleidslijnen. Daarnaast moeten de partijen in een coalitie leren om compromissen te sluiten, ook in het beleid jegens China. De leiders in Peking zullen de nieuwe situatie opnieuw moeten beoordelen. Ze kunnen niet meer meteen alles wat Chen zegt, negeren." |