DEN HAAG - De voormalige Surinaamse legerleider Desi Bouterse mag door het openbaar ministerie in Nederland niet worden vervolgd voor zijn aandeel in de zogeheten decembermoorden. Dat heeft de Hoge Raad bepaald.

|
Desi Bouterse (Foto: ANP)
|
Volgens het hoogste rechtscollege van ons land zijn er geen aanknopingspunten in de Nederlandse rechtssfeer. Zowel dader als slachtoffer zijn geen Nederlanders. Alleen in die situatie is ons land op grond van het VN-folteringsverdrag verplicht om tot vervolging over te gaan. Bovendien meent de Hoge Raad, in tegenstelling tot het hof in Amsterdam, dat moord of doodslag geen foltering in de zin van de wet is.
De procedure om Bouterse in Nederland te vervolgen voor de decembermoorden werd ingezet door de nabestaanden R. Wijngaarden en R. Hoost. Het OM kreeg vorig jaar van het gerechtshof in Amsterdam de opdracht Bouterse voor de rechter te slepen, nadat Wijngaarden en Hoost hier in een speciale procedure op hadden aangedrongen. Het tweetal zegt er geen vertrouwen in te hebben dat Suriname er zelf in slaagt Bouterse en zijn medeverdachten veroordeeld te krijgen.
De decembermoorden werden in 1982 in Paramaribo gepleegd door een groep militairen. Zij deden dat vermoedelijk onder leiding van Desi Bouterse. In december 1982 vermoordden de militairen vijftien tegenstanders van het toenmalige regime van Bouterse.