FRANKFURT - De Europese Centrale Bank (ECB) heeft gisteren haar groeiramingen voor de eurozone naar beneden bijgesteld. De bank gaat er nu van uit dat de groei in de twaalf eurolanden tussen de 2,2 en 2,8% zal uitkomen, waar de bank eerder een marge had genoemd van 2,6 à 3,6%. De ECB denkt verder dat de inflatie maar heel langzaam omlaag zal gaan.
ECB-president Duisenberg had al eerder gezegd te verwachten dat de groei in elk geval nog tegen de 2,5% kan uitkomen. Maar sommige economische onderzoeksinstituten betwijfelen dat en denken dat een groei onder de 2% ook mogelijk is.
In haar gisteren gepubliceerde maandverslag over juni heeft de bank de herziene ramingen opgenomen. De ECB rept van "aanzienlijke onzekerheden". Volgens de financiële instelling kan "een sterker dan verwachte groeivertraging kan niet worden uitgesloten". Eerder deze week werd ook bekend dat het groeiherstel in de VS op zijn minst nog enkele kwartalen gaat duren.
Volgend jaar verwacht de ECB ook geringere groei van tussen de 2,1 en 3,1%, in plaats van de eerder geprojecteerde 2,5 à 3,5%. In de halfjaarlijkse ramingen staat ook dat de inflatie in de eurozone dit jaar tussen de 2,3 en 2,7% zal uitkomen tegen een eerdere raming van 1,8 à 2,8%.
Vooral in de grote eurolanden als Duitsland blijkt de inflatie altijd nog op te lopen. De inflatie wordt aangewakkerd door de mkz-crisis en een stijging van de voedselprijzen. Dit jaar zal de bank haar doelstelling van maximaal 2% inflatie in de eurozone dan ook niet halen. Dat zet een rem op de mogelijkheden de rente verder te verlagen. De ECB gaat ervan uit dat, zonder nieuwe externe schokken als de olieprijzen, de inflatie volgend jaar wel weer onder de norm van 2% kan komen. De bank denkt dat de inflatie in 2002 tussen 1,2 en 2,4% zal liggen.
De ECB maakt tweemaal per jaar haar eigen nieuwe ramingen op het gebied van groei en inflatie bekend. De jongste ramingen gaan ervan uit dat de koers van de euro niet al te veel verandert en dat de wereldeconomie met 3,25% groeit tegenover 5% vorig jaar. Volgend jaar zal een herstel optreden tot 3,75%. Hierdoor komt de exportgroei van de twaalf eurolanden dit jaar uit op 5,75% tegenover 12% in het afgelopen jaar.
Wat betreft de groei van de geldhoeveelheid een belangrijke indicator voor toekomstige inflatie is de ECB gerustgesteld: de cijfers bleken te worden opgejut doordat eurotegoeden van mensen die niet in de eurozone wonen, werden meegeteld. Gecorrigeerd hiervoor zit de maandelijkse geldgroei vrijwel binnen de norm van 4,5%.
![[terug]](/krant/logos/terug.omlaag.gif){kind=small}