DEN HAAG - Oost-Europese landen schroeven de eisen op die ze stellen aan de tweedehands kledingstukken die in Nederland als hulpgoederen worden ingezameld. Zo wil Roemenië dat er voortaan alleen nog maar kleding van fabrieksmerken wordt gestuurd. Eigengemaakte of 'merkloze' kledingstukken worden geweigerd, evenals textiel en knuffels voor kinderen tot drie jaar.
Verder eist het land dat alle broeken, overhemden, rokken, jurken, jassen en schoenen worden gedesinfecteerd voordat ze op transport gaan. De hulpkonvooien zullen bij de grens minutieus worden gecontroleerd, waarbij bewijzen van desinfectie moeten worden overlegd.
Door de strenge eisen zitten Nederlandse hulpstichtingen met de handen in het haar. Veel magazijnen puilen uit met kledingstukken, die met de beste bedoelingen door de Nederlandse burgers beschikbaar zijn gesteld maar die om verschillende redenen niet aan de wensen van de beoogde ontvangers voldoen. In een aantal gevallen is de inzameling zelfs op een laag pitje gezet.
Dat laatste wordt bevestigd door een van de grootste hulporganisaties in ons land, de christelijke stichting Dorkas. "Het wordt inderdaad steeds moeilijker om de ingezamelde tweedehands kleding in Oost-Europa kwijt te raken. Er mag nog wel textiel worden opgestuurd, maar dan wel onder een heleboel voorwaarden", aldus Dorkas-woordvoerder T. Welvaart.
Volgens Dorkas worden de maatregelen voornamelijk genomen om de industrie in de eigen landen te beschermen. Welvaart: "Tweedehands kleding verschijnt steeds vaker in de winkel of op markten. Dat komt de eigen kledingindustrie niet ten goede, vandaar dat veel regeringen de rem erop zetten." Behalve Roemenië, dat jaarlijks vele tonnen kleding en andere hulpgoederen uit Nederland krijgt, hebben in ieder geval ook Rusland en Bulgarije verscherpte eisen gesteld.
Voorzitter G. Velzeboer van de stichting Nederland-Roemenië zegt te kunnen begrijpen dat Nederlanders teleurgesteld zijn over de plotselinge eisen, die aan de kledinginzameling zijn gesteld.
"Het komt misschien ondankbaar over, maar aan de andere kant moest een keer paal en perk worden gesteld. Vooral de laatste jaren is er zoveel oude troep naar dit soort landen gebracht, dat zelfs de mensen daar er niets meer aan hadden. De hulptransporten zullen nu een stuk gestructureerder gaan plaatsvinden, terwijl de particulier met z'n aanhangwagen bij de grens wordt tegengehouden. Wij vinden dat een goede zaak, hoe goedbedoeld al die acties misschien ook mogen zijn."