ANKARA - Met het ontslag gisteren van de van corruptie beschuldigde Turkse minister van Energie, Cumhur Ersumer, en een door het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank beloofde lening van 10 miljard dollar, hoopt Turkije, dat sinds maanden in een diepe economische crisis zit, uit het slop te geraken.
De minister van Energie Ersumer wordt samen met verscheidene ex-medewerkers door het openbaar ministerie beschuldigd van illegale acties tijdens het verstrekken van opdrachten aan bedrijven uit de energiesector.
"Het spijt me dat ik het doelwit ben geworden van totaal ongefundeerde beschuldigingen", liet de bewindsman gisteren weten. "Op deze manier is het niet meer mogelijk om in vrede mijn functie op het ministerie uit te oefenen."
Ersumer heeft direct aangegeven dat hij geen gebruik zal maken van zijn politieke onschendbaarheid, zodat hij eventueel voor de rechter gedaagd kan worden. De druk op Ersumer om zijn ontslag aan te bieden was de laatste tijd alsmaar toegenomen. Vooral de rechts-nationalistische regeringspartij MHP had bezwaar tegen de minister, die zelf van de gematigd rechtse Anap-partij is.
Ersumer is de eerste politicus die 'sneuvelt' nadat Turkije onlangs in zijn tweede economische crisis in een half jaar tijd was geraakt. Door zijn ontslag hoopt Turkije meer eenheid binnen de regering te krijgen en een signaal te hebben gegeven aan de internationale fondsen de aanpak van corruptie serieus te nemen.
De nieuw aangekondigde lening van 10 miljard dollar door het IMF en de Wereldbank kwam als geroepen voor Turkije. De koersindex op de beurs steeg met 13 procent.
IMF-directeur Horst Köhler zei dat het IMF het economische hervormingsprogramma van het kabinet-Ecevit volledig steunt. Privatiseringen en de aanpak van corruptie spelen hierin een belangrijke rol. Van de verleden jaar december aan Turkije toegezegde 11 miljard dollar door het IMF is nog steeds niets overgemaakt.