Ze loopt niet langer hard en heeft daardoor meer tijd om te kijken
naar de toppers van morgen, nu en gisteren. Ellen van Langen, olympisch
kampioene van '92 op de 800 meter, spreekt in een serie van drie
verhalen met 'belofte' Pieter van den Hoogenband, met 'glorie van
gisteren', de gestopte judoka Angelique Seriese en met 'gevestigde
orde' Richard Krajicek. Ontmoetingen met een hoog topsportgehalte.
Vandaag deel twee: Angelique Seriese. Over 't hartezeer van een kapotte
knie.
De knieval van Angelique Seriese
door Ellen van Langen - ZEVENBERGEN, woensdag
"Op dit moment kijk ik niet met een goed gevoel op m'n
judocarrière terug. Ten eerste omdat ik moest stoppen, terwijl
ik dat niet wilde. Daar komt de domper van Atlanta bovenop en pas dan
denk ik aan alles wat ik heb gepresteerd. Bovendien zijn ook de laatste
twee herinneringen negatief. Twee toernooien die bedoeld waren als
opbouw, bleken achteraf m'n laatste te zijn geweest. Dat is een heel
raar gevoel. Het zou veel leuker geweest zijn als ik nog een Europees
of wereldkampioenschap had kunnen draaien en daar met een medaille m'n
carrière had kunnen afsluiten."
Angelique Seriese. Acht keer Europees kampioene, één keer
wereldkampioene en ook een eerste plaats tijdens de Olympische Spelen
van Seoel, waar vrouwenjudo nog een demonstratiesport was. Een
indrukwekkende erelijst, maar velen zullen zich Seriese vooral ook
herinneren van de Olympische Spelen van Atlanta. Daar was ze als
wereldkampioene huizenhoog favoriet, maar kon na vier minuten alweer
naar huis. Over die teleurstelling kwam ze heen, maar een jaar later
moest ze definitief afhaken, omdat blessures het haar onmogelijk
maakten nog op topniveau te presteren.
Angelique Seriese werd door een knieblessure gedwongen de
topsport vaarwel te zeggen. "Als die knie morgen weer goed zou
zijn, zou ik vandaag onmiddellijk beginnen met trainen."
FOTO: ANP
Vorig jaar juni viel het doek voor de topjudoka. Nadat ze al zeven keer
op de operatietafel had gelegen, ging het niet meer. De linkerknie was
zodanig verslechterd, dat de artsen hem niet meer konden verbeteren.
"Ik voelde op een gegeven moment dat die knie niet goed
functioneerde. Ik wilde weten wat er aan de hand was, want ik durfde er
niet voluit mee te gaan. De stabiliteit van de knie was in orde, maar
als ik twee dagen achter elkaar trainde, voelde ik met name de tweede
dag dat het niet goed zat."
"We besloten tot een kijkoperatie. Het bleek dat zowel het
kraakbeen als de achterkant van m'n knieschijf er niet al te mooi meer
uitzag en dat wekte continu irritaties op. Er is wel geprobeerd dat wat
gladder te krijgen. Maar kraakbeen dat door slijtage weg is, blijft weg
en dan houdt het op."
"Een aantal dingen was belangrijk voor mij. Met deze knie kon ik
niet meer aan de top functioneren, want ik kon niet meer voluit
trainen. En als dat niet meer kan, was het me dan waard om het risico
te lopen dat ik er te zijner tijd ook in het normale leven veel last
van zou krijgen? Bovendien was het vertrouwen weg. Hoe moest ik in
hemelsnaam iemand van 120 kilo voor een partij groeten als het
vertrouwen in die knie er niet meer is? Normaliter ga je na een
blessure keihard trainen om dat vertrouwen terug te krijgen. Je gaat
die knie zwaar belasten en uittesten. Maar nu had ik deze knie voor
mezelf getest en kreeg steeds reacties."
"Hij was gewoon niet goed. Ik had pijn en er zat vocht in. Dan ga
je niet meer normaal een wedstrijd in en presteer je dus niet meer. Ja,
ik denk dat je dan weinig keus hebt. Soms was het best moeilijk, vooral
als de trainingen lekker gingen. Vaak dacht ik na de eerste training
dat er misschien nog wel een kansje in zat om nog één
seizoen te maken. Maar de tweede dag zag ik dan weer in dat het toch
niet ging."
De beslissing om te stoppen kwam niet ineens. Ze is er langzaam naar
toe gegroeid. Toch vond Seriese het uiteindelijk heel zwaar om dat
besluit daadwerkelijk te nemen. Allereerst had ze de domper in Atlanta
gehad, waar ze na de eerste partij al uitgeschakeld was. Daar had ze
zich overheen gezet om in principe door te gaan tot Sydney. "Ik
hield Sydney in m'n achterhoofd, maar ik wilde het wel van seizoen tot
seizoen bekijken. Ik had de stap gemaakt dat ik door wilde na Atlanta
en dan wil je gewoon weer beginnen met opbouwen. Maar dan blijkt dat er
niks op te bouwen valt en dat je moet stoppen. Je wilt zelf door, maar
je lichaam wil niet. Wel willen en niet kunnen, iets ergers is er niet.
Ik had ruzie met m'n eigen lichaam. Daarom was die beslissing heel erg
moeilijk. Ik wilde gewoon doorgaan."
De teleurstelling van de vroege uitschakeling in Atlanta speelt een
belangrijke rol in de terugblik van Seriese op haar judoloopbaan.
"Wanneer je als wereldkampioene naar de Olympische Spelen gaat,
dan ben je natuurlijk kanshebber. Maar dat wil niet zeggen dat je die
gouden plak ook even gaat ophalen. Voor mezelf had ik bedacht dat een
plaats bij de eerste drie of de eerste vijf wel zou moeten lukken, ook
al weet je het nooit. Maar ik ging natuurlijk voor die gouden plak, zo
eerlijk ben ik dan ook wel. Als ik vijfde zou zijn geworden, was ik
absoluut niet tevreden geweest."
"Maar judo kan keihard zijn. En dat moest mij nu net op de
Olympische Spelen gebeuren. Na vier minuten was het voorbij. Officieel
had ik nog een kleine kans. Als mijn tegenstandster haar twee volgende
partijen zou winnen, zou ik een herkansing krijgen. Maar eigenlijk wist
ik al voor 99 procent dat het gebeurd was. De eerste partij dacht ik:
die wint ze wel. Maar de tweede partij moest ze tegen een Chinese en ik
schatte mijn kansen tegen die Chinese groter in dan haar kansen. Dan ga
je naar die partijen zitten kijken en dan zie je het gebeuren. Het was
gewoon over."
Toch had judo z'n glans niet verloren voor Seriese. Alleen wilde ze na
Atlanta even niet meer. "Maar omdat ik er altijd plezier in had
gehad, wilde ik er toch weer voor gaan. Ik baalde ontzettend dat het
mis was gegaan en dat ik waarschijnlijk nooit meer de kans zou krijgen
om die gouden plak te pakken. Maar ik vond judo gewoon te leuk. Omdat
het een individuele sport is, dat trekt me aan. Ik wil van niemand
afhankelijk zijn. En je hebt bij judo directe tegenstand. Het is altijd
onvoorspelbaar. Je weet nooit wat je tegenstander op dat moment
verzonnen heeft qua tactiek. Ik hou ervan om ergens gedreven naar toe
te werken. Ik deed het puur voor mezelf. Ik wist wat m'n doelen waren
en daar had ik alles voor over."
Die gedrevenheid heeft ze altijd gehad. Ze moest er keihard voor werken
om iets te presteren. Al op jonge leeftijd stapte ze op haar coach,
Chris de Korte, af om aan te geven dat ze op een hoog niveau wilde gaan
presteren en dat ze op de trainingen best wat harder aangepakt kon
worden.
In dit eerste jaar zonder topsport kan Seriese haar gedrevenheid nog
niet kwijt in iets anders. Ook al verveelt ze zich niet. Haar baan bij
het GAK is uitgebreid van twintig naar veertig uur in de week en ze
geeft nog een aantal uren judoles, waardoor haar eigen judotrainingen
er zelfs vaak bij in schieten. Maar een nieuwe uitdaging heeft ze niet.
"Ik denk dat ik het wel lekker zou vinden om een doel te hebben
waar ik weer helemaal voor kan gaan. Aan de andere kant is het
misschien gewoon wennen om juist die vrijheid te hebben, dat ik lekker
kan leven zonder dat ik iets na hoef te streven. Als je iets nastreeft
kan het veel leuke dingen opleveren, maar het zorgt vaak ook voor
tegenslagen."
Waar dat voor Pieter van den Hoogenband verstikkend zou werken,
bepaalde het voor Angelique Seriese haar leven. "Ik mis het judo
nog steeds. Mensen vroegen in m'n judotijd altijd aan me of ik niets
miste. Maar ik miste helemaal niets, want judo was m'n leven. Ik wilde
helemaal niets anders doen. Je moet voor topsport misschien best wel
het een en ander opzij zetten, maar ik heb nooit het idee gehad dat ik
iets miste. En ik heb nu zeker niet het idee dat ik allemaal andere
dingen ga doen. Want ik kan niets bedenken. Nu ik met judo gestopt ben,
mis ik pas iets. Als die knie morgen weer goed zou zijn, zou ik vandaag
onmiddellijk beginnen met trainen."
|