AMSTERDAM - De gemeente Leeuwarden is dolgelukkig met de unieke vondst van een gedichtje van Mata Hari, oftewel de in Leeuwarden geboren Margaretha Zelle. De Friezin werd wereldberoemd als exotisch danseres en animeerdame. In 1917 werd zij in Frankrijk gefusilleerd na een veroordeling wegens spionage door de Duitsers.
Deze veroordeling wordt mogelijk binnenkort herzien wegens juridische missers. Onlangs werd in Leeuwarden een pleintje naar haar vernoemd.
Het gedichtje heeft Mata Hari in 1888 op 12-jarige leeftijd geschreven in het poëziealbum van haar vriendin en klasgenote Grietje de Hoo. Zij was de oudtante van Peter de Hoo, die het album aan het Historisch Centrum Leeuwarden in bewaring heeft gegeven.
Hij trof het bijzondere document onlangs in pas verworven familiepaperassen aan.
De vondst is van belang omdat van de wereldberoemde Friezin amper persoonlijke spullen bewaard zijn gebleven. De eerste vier regels van het gedichtje van de latere Mata Hari luiden: 'Wilt gij alle klippen mijden, van de groote levenszee, neem dan voor kapitein en stuurman, deugd en achting met u mee'.