De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
za 5 januari 2002  
---
Nieuwsportaal
---
Uit de krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
En verder 
PC Thuis 2001 
Begroting 2002 
De prins en Maxima 
Over Geld 
Fiscus 2001 
Scorebord 
Auto op vrijdag 
Filmpagina 
Woonpagina 
Reispagina 
Jaaroverzicht 2001 
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
VacatureTelegraaf 
DFT 
Alles over de euro 
CrazyLife 
Weerkamer 
Het huwelijk van de prins en Máxima 
Al onze specials 
Headlines 
Wereldfoto's 
Wereldfotos 
Reageer op 't nieuws 
---
Kopen 
 Speurders 
ElCheapo 
Het Jaarboek 2001 
---
Met Elkaar 
Cybercard 
Netmail 
Nice2Meet 
---
Mijn leven 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
De Psycholoog 
Uw horoscoop vandaag 
---
Contact 
Abonneeservice 
Advertentietarieven 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   B I N N E N L A N D 
 
  Brouwer Freddy Heineken (78) zowel geniaal als bizar
'Ik geef nooit bier
weg, ik leef ervan'


'Ik denk jong, maar het lijf wil niet meer'

   
 

door Stan Huygens AMSTERDAM - Het overlijden van bierbrouwer Freddy Heineken (78) heeft ons land armer gemaakt. Er is weer wat kleur uit onze samenleving verdwenen. Heineken behoorde tot het type ondernemer als Anton Dreesmann en Albert Heijn. Ondernemers die zelf het kapitaalrisico lopen. Het is hun geld, hun vermogen, dat in het bedrijf zit. En dat is heel wat anders dan die directies en raden van bestuur die een bedrijf leiden waar zij part noch deel aan hebben. Behalve dan dat zij de best gesalarieerden zijn.

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (284x426, 22kb)
Rob Schut van cafe Hoppe aan het Spui toont een grote foto van de overleden bierbrouwer Freddy Heineken. Zowel bij Hoppe als hotel de l'Europe, beide eigendom van Heineken hing gisteren de vlag halfstok.
Freddy Heineken kwam ik veertig jaar geleden al in het café tegen. Hij kwam graag in een bruin café als de Koningshut of Hoppe (dat hij later zou kopen) een biertje drinken. Wat dat betreft veranderde de ontvoering zijn leven danig.

De schrijver/columnist Jacques Gans, altijd krap bij kas, vroeg Heineken eens om en biertje. "Hier heb je 25 gulden", zei de brouwer. "Ik geef nooit bier weg, want daar leef ik van."

Dat was een historisch bankbiljetje, want Heineken was privé zeer zuinig. Zo bestelde hij altijd een halve tong of een halve biefstuk als hij bij Klein Paardenburg in Ouderkerk aan de Amstel ging lunchen. Een hele was hem te veel. Eigenaar Ton Fagel vroeg dan steevast: "Moet ik die andere halve tong dan opeten, meneer Heineken?" en zette het hele bedrag op de rekening. "Ik heb maar een halve biefstuk gehad", protesteerde Heineken.

Hem werd dan uitgelegd dat in de horeca de personeelskosten het hoogst zijn. En dat het bakken van een halve biefstuk de kok evenveel tijd als een hele kost. Morrend rekende Heineken vervolgens af.

Majesteit

Freddy Heineken was dol op koningin Beatrix en prins Claus, maar ze moesten het niet te dol maken. Ze gebruikten zijn villa in Cap d'Antibes en zijn jacht Something Cool. "Claus mocht ik bij zijn voornaam noemen, tegen Beatrix moest ik aanvankelijk steeds weer Koninklijke Hoogheid zeggen", zo zei hij. "Dat beviel mij niet. Ze liep in zwemkleding halfnaakt door mijn huis! Nou, ik mocht dan ook Trix zeggen binnen mijn muren. Toen ze Koningin werd, eiste ze echter dat ik majesteit zei. Ik antwoordde toen: Ik ken wintertijd, ik ken zomertijd, maar geen majesteit..."

Volgens mij was hij minder dol op prins Bernhard. "Die betaalde nooit", aldus een oprecht verontwaardigde Heineken, eigenaar van hotel de l'Europe. "Hij komt lunchen, soms met gasten, en loopt dan weg zonder te betalen. Alsof dat vanzelfsprekend was. Ik heb tegen Claus gezegd: Reken altijd af. Je krijgt een hoge toelage van de staat, betaal altijd, dan word je populair."

Met de l'Europe, zijn troetelkindje, bemoeide hij zich persoonlijk. Toen er een nieuwe directeur moest worden benoemd, had Heineken weer een slimmigheidje. Hij vond de jonge Adriaan Grandia in Amerika. Hij liet Grandia gewoon als gast een kamer boeken en hem daar een maand verblijven. Niemand van het personeel wist dat deze gast hun toekomstige baas was. Totdat ik het in deze krant zette, de vakbonden zich ermee gingen bemoeien en er bijna een staking uitbrak.

Even intens bemoeide Heineken zich met zijn brouwerijen. Waarbij dient te worden aangetekend dat hij nooit vloog. Hij ging met de trein naar zijn huizen in Zwitserland en Zuid-Frankrijk. Des te knapper dat je overal ter wereld, tot op het onbelangrijkste eiland in de Stille Zuidzee, zijn bier aantreft.

Hij was een lastige baas, zo heb ik altijd begrepen. Hij wist het ook meestal beter. Illustratief is het volgende verhaal: Heineken kwam met een nieuw glas, het deukje. Er zat midden in het glas een forse knik, maar er ging evenveel bier in als in het glas voor een kleintje pils. Maar je zou zweren dat er veel minder in ging.

Heineken heeft mij toen gedemonstreerd dat de inhoud precies hetzelfde was. Maar wie ontwerpt er nu een glas dat de indruk wekt dat er minder ingaat? Na lang aanhouden zei Heineken: "Je kunt niet altijd alles afkeuren. Dat werkt demotiverend voor de mensen. Dus heb ik dit laten passeren."

Hij was ook de man van de paginagrote advertenties in deze krant. Zoals met oud en nieuw, alleen een champagnekurk met daaronder de tekst: Voor deze ene keer dan: een voorspoedig nieuwjaar.

Heineken had ook zo'n actuele advertentie bedacht voor de dag dat de paus ons land zou bezoeken. Je ziet een platform van een vliegveld, de lange gewaden van de paus en een omgevallen glaasje Heineken-bier met de tekst: dat vinden wij nou zonde... Het reclamebureau heeft hem dat uit zijn hoofd gepraat. Nooit grapjes maken over het geloof.

Ik heb nog wel eens aan een diner gezeten met Heineken en zijn vrienden Hans Wiegel en columnist Leo Derksen. Heineken heeft de VVD nooit openlijk gesteund. "Mijn bier moet ook door rode kelen", zo zei hij. Maar in de tijd van Joop den Uyl stuurde hij zijn chauffeur naar de vergaderingen van Joop, die het altijd had over de inkomensverschillen en de zwaarste lasten voor de zwaarste schouders. Heineken vond dat Den Uyl stemmen probeerde te winnen via de jaloezie van de mensen. Hij sprak over de PvdA als de partij van de afgunst.

Die chauffeur, zorgvuldig uitgekozen op zijn wat plat Amsterdams accent, stelde dan vervelende vragen als: "U woont toch zelf ook in een bungalow aan de Goudkust????" Hij mocht overwerk in rekening brengen.

Zo sponsorde Heineken ook nooit een club. Want als je Ajax steunde, dronk heel Rotterdam geen Heineken meer en andersom. Wel sponsorde hij toernooien.

Heineken stuurde zo nu en dan een cdmet muziek die hij had gecomponeerd. Hij was bezig met stadsplanning: het Centraal Station in Amsterdam lag op een onmogelijke plaats. Er moest een nieuw centrum komen. Hij had ingenieuze tekeningen laten maken om de plek van de brouwerij in Amsterdam-Zuid tot een nieuw centrum om te bouwen. Het was waarschijnlijk wel allemaal zijn grond, waar het om ging.

Na zijn vertrek hield hij kantoor in het 'Pentagon' naast het hoofdkantoor van Karel Vuursteen. Vuursteen, die de baas van Philips in Oostenrijk was, werd persoonlijk door Heineken gescout. Hij ging daarin heel ver. Zo kwam hij er achter dat Juliëtte Vuursteen met haar kinderen altijd in een klein restaurant aan de Van Baerlestraat at voordat ze naar een concert gingen. Laat Heineken nou toevallig aan een tafeltje naast hen hebben plaatsgenomen en met hen in gesprek raken... Toen Vuursteen later opmerkte dat meneer Heineken wel erg ver ging, antwoordde deze: "Ja, maar jongen, ik vertrouw jou het familievermogen toe..."

In dat Pentagon, aan de buitenkant drie huizen maar van binnen helemaal doorgebroken, had hij een groot kantoor met een vleugel erin en schilderijen van Jan Sluyters aan de muur. Aan de andere kant zat in een voormalig keukentje zijn secretaresse. Daar stonden een tafel met een formicablad en keiharde stoelen erom heen en daar verbleef hij het liefst.

Zo nu en dan nodigde hij gasten op de thee uit. Hij liet dan zijn uitvinding zien. Het knopje op het theedekseltje kon je ronddraaien. Dat zette een spatel in de pot aan het werk, waardoor de thee door het water werd gedraaid. Een van de laatste keren dat ik zijn gast was, had hij een plakplaatje uit een dubieus naaktblad gehaald. Daarop stond een meisje in badpak. Likte je eraan, dan werd ze naakt. Droogde ze op, dan zat het badpak er weer. Het is een wonderlijk gezicht de grootste brouwer ter wereld aan zo'n plaatje te zien likken. "Hiermee kan ik ook toch ook iets leuks voor mijn bierflesjes bedenken", zo zei hij.

Heineken had absoluut iets geniaals en iets bizars dat daar vaak mee samengaat. Zo geloofde hij in horoscopen. Ze stonden in zijn computer. Hij vertelde mij dat hij zijn raad van bestuur op basis van hun sterrenbeeld samenstelde. Zo van: ik heb er al een vis in, nu nog een steenbok. Ik zou het niet geloven als hij mij dat zelf niet in alle ernst had verteld.

Hij was een voorbeeldig vader en grootvader. Over zijn mooie Amerikaanse vrouw Lucille vertelde hij altijd vol trots: "Zij was de eerste vrouw in Nederland die geen BH droeg..." Zijn dochter Charlene werd beschermd opgevoed en was altijd omringd door de goede zorgen van haar vader. Hij wist immers nooit of het om zijn dochter of om haar erfenis ging. Hij kocht constant cadeaus voor zijn kleinkinderen.

Toen ik eenmaal zijn schoonzoon Michel de Carvalho mocht interviewen, belde hij een paar maal op om mij aan mijn belofte te herinneren dat ik niet zou vermelden waar hij woonde, zelfs niet het land. De ontvoering had hem behoedzaam gemaakt.

Freddy Heineken was ook een gewaardeerd lid van het mannelijk genootschap H.H. Dappere Dodo, dat regelmatig bij elkaar komt om grappend en grollend van de maaltijd te genieten. De laatste keer was zijn stemgeluid zo zwak dat hij zijn moppen aan Ron Brandsteder vertelde, die ze met bronzen stem voor iedereen herhaalde. Daarna heeft Heineken tweemaal afgezegd.

"Dat is de gruwelijkste grap die de natuur uithaalt", zei hij. "Een jonge geest in een oud lichaam plaatsen. Dit is verschrikkelijk. Ik denk jong, maar het lijf wil niet meer."



 

zoek naar gerelateerde artikelen


za 5 januari 2002

[terug]
     
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.