AMSTERDAM - Van een verlaging van de premie voor de Werkloosheidswet (ww) profiteren alleen de middeninkomens. De lagere en hogere inkomens zullen hier niets van in hun portemonnee merken.

Daarvoor waarschuwt Flip de Kam, hoogleraar economie aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Hij reageert daarmee op het besluit van het kabinet om de sociale premies volgend jaar te verlagen voor werkgevers én werknemers. De ww-premie voor werknemers gaat in 2002 met 0,3%; werkgevers hoeven volgend jaar 0,1% minder ww-premie te betalen.

De lastenverlichting wordt volgens Haagse ingewijden niet gecompenseerd door fiscale maatregelen om de inflatie te beteugelen. De premieverlaging is mogelijk omdat sociale fondsen de laatste jaren van economische voorspoed grote reserves (ƒbijna 20 miljard) hebben opgebouwd, veel meer dan nodig is om de uitkeringen te betalen.

"Het inflatiespook van een dergelijke lastenverlichtingsoperatie is aanwezig, maar was feitelijk natuurlijk geen echt argument van het kabinet. Immers de lastenverlichting (ƒ7 miljard, red.) als gevolg van het nieuwe belastingstelsel dit jaar joeg de inflatie op als nooit tevoren. Alle waarschuwingen voor een hogere inflatie ten spijt. Nu hierover zeuren is niet meer dan een politieke schaamlap", aldus De Kam aan het adres van minister Zalm (Financiën).

Hij betwijfelt verder of de PvdA zijn belofte om de ww-premie voor werknemers te verlagen volgend jaar daadwerkelijk gestand kan doen. "Met de verkiezingen in aantocht zou premier Kok zich in allerlei bochten moeten wringen. Immers een dergelijke denivelleringsoperatie valt niet goed uit te leggen aan een groot deel van zijn achterban en dat zijn juist de minimuminkomens."

De denivellering wordt veroorzaakt doordat, naast het werkgeversdeel (3,65%), alleen de middeninkomens (ƒ32.000 tot ƒ91.000) ww-premie (5,25%) betalen. "Vooral voor de hogere middeninkomens betekent een premieverlaging al snel een koopkrachtstijging van 1%. De minima merken er helemaal niets van."

Overigens vindt De Kam het "ongelofelijk dat het kabinet de reserves zo hoog heeft laten oplopen en daarom ook gewoon moet teruggeven aan de partijen die het geld hebben opgebracht". Probleem voor het kabinet daarbij is volgens de hoogleraar, tegenover een premieverlaging van enkele miljarden guldens een lastenverzwaring moet staan. Hij komt tot die redenering omdat het Centraal Planbureau voor volgend jaar een gelijkblijvende lastendruk heeft voorspeld.

"Minister Zalm van Financiën zal vasthouden aan zijn principe om de staatsschuld af te lossen. Maar omdat bijna geen enkele fiscale verzwaringsoperatie soelaas biedt om het evenwicht te herstellen, is de premieverlaging niet voor niets zeer bescheiden. Maar de politieke gevoeligheid dat alleen de middeninkomens er beter van worden, blijft overeind."

Verlaging van de wao-premies komt overigens alleen ten goede aan de werkgevers, omdat die deze premies geheel opbrengen. Verlaging hiervan betekent dus minder lasten en meer ruimte voor investeringen. "Een prima zaak", vindt De Kam. "De arbeidslasten zijn de afgelopen alleen maar toegenomen. Een dergelijke operatie is bovendien goed voor de werkgelegenheid."

De ophef bij werkgeverskoepel MKB-Nederland en vakcentrales FNV en CNV dat het kabinet hen niet betrekt bij de besluitvorming over 'hun' premiegelden, vindt De Kam "onzinnig". Hij benadrukt dat de premiegelden mede zijn opgebracht door 2 miljoen uitkeringsgerechtigden onder de 65 jaar.

"De sociale partners kunnen dat geld helemaal niet claimen. De premies zijn technisch gezien niet meer dan een belastingheffing die toevallig gebruikt wordt voor de uitkeringen. In geen enkel ander land wordt door sociale partners zo gedacht." FNV en CNV moeten volgens De Kam sowieso gas terugnemen. "De vakbeweging vertegenwoordigt nog geen kwart van de werkende bevolking. Dat zegt genoeg."

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 17 augustus 2001