Aftrekposten
Veel
aftrekposten verdwijnen geheel of gedeeltelijk vanaf 1 januari
2001. De aftrek van beroepskosten voor werknemers vervalt
helemaal. Ondernemers en freelancers houden tot op zekere
hoogte wel een aftrekmogelijkheid voor zakelijke uitgaven.
Ook de aftrek die werknemers hebben als zij met de auto, motor
of bromfiets naar het werk gaan, sneuvelt. Werknemers die
met het openbaar vervoer reizen en meer dan tien kilometer
van de zaak wonen, mogen hun reiskosten echter blijven aftrekken.
Een troost
voor werknemers die worden gedupeerd door de sterke beperking
van de aftrekposten is dat werkgevers wel zakelijke kosten
tot op zekere hoogte onbelast mogen blijven vergoeden. Daarbij
valt te denken aan representatiekosten, bezoek aan congressen
en symposia, telefoonkosten en reiskosten.
De aftrek
van hypotheekrente blijft in stand voor de eerste eigen woning,
maar wordt gemaximeerd op een termijn van dertig jaar. Deze
termijn gaat voor lopende hypotheken in op 1 januari 2001.
Renteaftrek voor een hypotheek op het tweede huis verdwijnt
geheel. Hypotheken mogen alleen nog maar worden gebruikt voor
de financiering van een woning. Worden hypotheken voor andere
doeleinden gebruikt, zoals de aanschaf van een boot of caravan,
dan is de rente niet meer aftrekbaar.
Dit laatste
houdt verband met de volledige afschaffing van de aftrek van
rente over consumptieve kredieten, zoals persoonlijke leningen.
De aftrek van lijfrentepremies wordt beperkt tot ongeveer
2200 per persoon, tenzij iemand aantoonbaar een pensioentekort
heeft.
Wel
voor een groot deel aftrekbaar blijven kosten van bijzondere
aard, zoals onvergoede ziektekosten, studiekosten en giften.
Deze worden per 1 januari 2001 'persoonlijke uitgaven' genoemd
en zijn aftrekbaar boven een bepaalde drempel en in sommige
gevallen tot een bepaald maximum.
Meer
informatie over aftrekposten bij Tomorrow *
|