AMSTERDAM - Het Finse parlement heeft gisteren voor de bouw van een nieuwe kerncentrale gestemd. Het is voor het eerst sinds 1986, toen de ramp met de kerncentrale in het Russische Tsjernobyl plaatsvond, dat een lidstaat van de Europese Unie daartoe besluit. Het lijkt er op dat kernenergie aan populariteit aan het winnen is.
Want ook het draagvlak voor kerncentrales als energiebron is aan het groeien, zo wijst een onlangs gehouden enquête van de Europese Commissie uit. Inmiddels is een kleine meerderheid van de Europeanen vóór het gebruik van kernenergie. Uit het onderzoek blijkt dat de meeste voorstanders in Scandinavië wonen. Maar liefst 65% van de Finnen staat niet afkeurend tegenover het gebruik van kernenergie. In 1993 was dat nog anders. Toen werd het voorstel van de Finse regering om een nieuwe centrale te bouwen nog met een krappe meerderheid afgewezen.
Volgens Leich Hancher, als professor in Europees Recht verbonden aan de universiteit van Tilburg, is de enquête een voorzichtig offensief om te pleiten voor het openhouden van de bestaande kerncentrales in Europa. Een aantal landen, zoals Duitsland, heeft in principe al besloten de centrales op termijn te sluiten maar de meeste Europese lidstaten zitten nog op de wip.
Eurocommissaris Loyola de Palacio (Energie) is al een tijdje bezig de politiek voorzichtig te masseren. Volgens haar zal Europa niet in staat zijn de doelstellingen van het klimaatverdrag van Kyoto te halen zonder het gebruik van kernenergie. In het Japanse Kyoto hebben de leden van de Verenigde Naties in 1997 afgesproken de uitstoot van schadelijke broeikasgassen terug te dringen met een bepaald percentage. België wil de zeven centrales in het land tussen 2015 en 2025 te sluiten. Maar tegenstanders hebben berekend dat de uitstoot van koolstofdioxide (co2) daardoor ten minste zal verdubbelen.
Duurzame energieopwekking is voorlopig geen reëel alternatief. De vraag naar energie blijft groeien terwijl volgens de meest optimistische schattingen over tien jaar 10% van de energievoorziening groen zal zijn. Naast het milieuargument schermt De Palacio met de Europese voorzieningszekerheid. Zonder kernenergie dreigt Europa veel te afhankelijk te worden van de import van energiebronnen als olie en gas. Kernenergie is op dit moment verantwoordelijk voor 35% van de elektriciteitsopwekking in Europa.
Te grote importafhankelijkheid was ook het argument van de Finnen om voor een nieuwe centrale te kiezen. Het land haalt meer dan 70% van zijn energie uit het buitenland en wil dat terugdringen. De Finse premier Lipponen wees er daarbij op dat de uitstoot van gassen minder wordt en dat is volgens hem bijzonder goed voor het milieu. Milieuorganisaties vinden dat een drogreden en wijzen op de levensduur van radioactieve afval, dat enkele honderden jaren bedraagt. Nederland telt nog één werkende kerncentrale in het Zeeuwse Borssele. Die zou in 2004 de deuren sluiten, maar de politieke discussie daarover is nog niet afgerond. Zo'n 60% van de Nederlanders vindt kernenergie aanvaardbaar.