SCHIPHOL - Transavia Airlines, voor 80% in handen van luchtvaartmaatschappij KLM, maakt binnenkort als witte raaf positieve jaarresultaten bekend, ondanks de wereldwijde (luchtvaart)crisis na de terreuraanslagen in de VS. Het succes is vooral te danken aan 'simple service'-maatschappij Basiq Air. Er bestaan - grote - verschillen tussen 'normale' vliegmaatschappijen, zoals de KLM, en de als kool groeiende lageprijzenmaatschappijen, die voor miljarden investeren in honderden nieuwe vliegtuigen.
|
Een prijsvechter als EasyJet neemt op Schiphol al 25 retourvluchten per dag voor haar rekening. (Foto: Dijkstra b,.v.)
|
De grondlegger van één van de bekende lagekostenluchtvaartmaatschappijen wachtte door een technische storing onlangs tevergeefs met meer dan honderd overige passagiers op zijn vliegtuig naar Londen. "Is er al een ander vliegtuig onderweg?", wilde één van de getergde luchtreizigers weten. "Wat heeft u voor deze vlucht betaald?", vroeg de vliegbaas op zijn beurt. Het antwoord: 29 euro. De veelzeggende reactie: "Iedereen moet toch begrijpen dat ik voor 29 euro geen extra vliegtuig kan laten komen. Wacht maar op de volgende vlucht. Het is te hopen dat u mee kan...."
Waar of niet waar, de anekdote is exemplarisch. De verschillen zijn groot tussen de lageprijzen-maatschappijen met hun 'simple service' en de zogenaamde 'full service'-lijndienstmaatschappijen, zoals de KLM.
Hoe laag de tarieven zijn en voor hoeveel stoelen per vliegtuig ook werkelijk de laagste prijzen gelden, wordt wellicht nooit helemaal duidelijk. Al was het alleen maar omdat de verhouding tussen de laagste en hogere tarieven per vlucht kan verschillen. Het schijnt dat de gemiddelde opbrengst per vliegtuigstoel bij de prijsvechters hoger is dan in menig KLM-, Lufthansa- of British Airways-toestel.
Algemeen directeur Peter Legro van Transavia Airlines lichtte bij de lancering van zijn lageprijzendochter Basiq Air een tipje op van de sluier over het geheim van de vroeg tot laat vóór vertrek oplopende tarieven. Op de vraag of een voetbalelftal uit Sexbierum, dat nu een vlucht boekt naar Nice om daar volgend jaar aan een voetbaltoernooi deel te nemen, voor het goedkoopste tarief van €29 zou vliegen, antwoordde de topman van Transavia: "Het hangt er vanaf hoe groot het voetbalelftal is...."
President-directeur Leo van Wijk van de KLM, sinds kort voorzitter van de Associatie van Europese nationale luchtvaartmaatschappijen (AEA), maakt van die verschillen in prijs en product een zwaarwegend punt. De KLM-topman zorgde direct na zijn aantreden met grote haast voor een manifest met passagiersrechten (14), onder meer bij overboeking, geannuleerde vluchten en andere vliegellende waarvoor een schadevergoeding wordt betaald. Het manifest is inmiddels door alle 'full service'-maatschappijen ondertekend, laat een KLM-woordvoerder weten.
Slechts weinig luchtvaartbazen van de grote gevestigde maatschappijen zien de prijsvechters in hun midden als echte concurrenten. De 'simple service'-maatschappijen blijken merendeels voor nieuw vervoer te zorgen. Passagiers, gelokt door lage prijzen, worden eerder over de drempel getrokken. De KLM zelf zette met stijgend succes twee 'prijsvechters' in de Europese markt: Basiq Air, opererend vanaf Schiphol, en Buzz, actief vanuit Engeland. British Airways startte met Go, maar deed dat 'simple service'-product al snel weer van de hand. BA lijkt daarvan nu spijt te hebben en paste onlangs de tarievenstructuur met minder restricties zodanig aan dat met de prijsvechters geconcurreerd kan worden.
De prijsvechters mogen hun succesvolle bestaan dan vooral danken aan passagiers, die anders niet, of pas veel later in het vliegtuig zouden zijn gestapt. Toch moeten ook de vaste klanten van KLM en de overige gevestigde orde wel vaker voor de prijsvechters kiezen. EasyJet, bijvoorbeeld, is op Schiphol inmiddels met totaal 25 retourvluchten per dag na de KLM-groep de grootste maatschappij in vluchten. EasyJet-vertegenwoordiger Peter van der Heijden noemt het marktaandeel op Schiphol 3-4%. "Op de routes naar Engeland is dat inmiddels tot 30-40% gestegen", aldus Van der Heijden.
De verschillen tussen 'low budget'-vliegen en de maatschappijen die veel meer voordelen bieden, lijken ook niet echt een prominente rol te spelen bij de keuze van de passagiers. De merendeels secundaire luchthavens, de soms hoge telefoonkosten bij boekingen en het gemis aan service op luchthavens, bijvoorbeeld lounges, tellen minder zwaar dan de uiteindelijke vliegprijs.
Hoe belangrijk het tarief is voor passagiers heeft de internationale luchtvaartwereld na de aanslagen in de VS moeten ontdekken. De angst om in een vliegtuig te stappen, bleek uiteindelijk een voordelig tarief als grens te hebben. Op het moment na de 11e september, dat niemand in een vliegtuig stapte, verlaagde de KLM de tarieven met 25%. Het gevolg: duizenden passagiers meer dan in het voorgaande jaar.
Enig nadeel: de KLM moest de winst merendeels laten schieten. Vandaar de keuze voor eigen lagekosten- maatschappijen.