AMSTERDAM - Een groot aantal Nederlandse ondernemingen is slecht voorbereid op plotselinge crises. Dat bleek na de terreuraanslagen van 11 september en de oorlog die daarvan het gevolg is. Crisismanagementplannen bleken plotseling niet meer up-to-date en de draaiboeken, waarin stap voor stap is vastgelegd hoe op een crisis moet worden gereageerd, bleken binnen sommige ondernemingen helemaal niet te bestaan.
Drie grote Nederlandse ondernemingen evacueerden 'in blinde paniek' hun werknemers en hun gezinnen uit Pakistan. Het plotselinge op de vlucht slaan, gaf voeding aan corruptie en fraude door lokaal management.
Eén en ander blijkt uit een voorlopige evaluatie van Control Risks Group (CRG) naar aanleiding van de terreuraanslagen en de oorlog in Afghanistan. CRG (zeventien kantoren wereldwijd) adviseert multinationals en overheden op het gebied van 'politieke en veiligheidsrisico's', 'security' en 'crisismanagement'. De groep voert daarnaast vertrouwelijke onderzoeken uit.
Wereldwijd werkt CRG voor 92% van de bedrijven uit de 'Fortune top 100' en in Nederland voor 80% van de ondernemingen die deel uitmaken van de AEX-index. Sinds 11 september is CRG Benelux, met de hoofdvestiging in Amsterdam, door ruim 100 bedrijven en overheden ingeschakeld voor advisering of het helpen oplossen van crisissituaties, die ontstonden als gevolg van de terreuraanslagen en de oorlog in Afghanistan.
Directeur Boris Kruijssen van CRG Benelux: "Op 11 september werd er in feite op drie manieren gereageerd. Er waren Nederlandse ondernemingen die al eens eerder een crisis hadden meegemaakt en direct hun crisisteam bijeen riepen. Een zakelijke en professionele benadering. Een tweede groep bedrijven ging op zoek naar haar crisismanagementplannen waarvan bleek dat die niet meer klopten of up-to-date waren. En een derde groep bedrijven, waaronder ook heel grote Nederlandse ondernemingen, bleek helemaal geen systeem te hebben om op de plotselinge crisis te reageren. Nederland is geen land met een hoog security-bewustzijn, zoals de VS en Groot-Brittannië. Voor deze laatste groep bedrijven moesten wij direct trainingen gaan verzorgen voor een crisisteam, meestal samengesteld uit één of twee leden van de raad van bestuur, de hoofden P&O, juridische zaken, communicatie en veiligheidszaken."
Ook wereldwijd werd CRG overspoeld met hulpvragen van ondernemingen. "Bedrijven voelden zich plotseling kwetsbaar, bijvoorbeeld omdat ze goederen importeren uit Israël of Arabische landen. Diverse overheden die zich zorgen maakten over de veiligheid van eigen personeel op ambassades of consulaten. NGO's die oordeelden: het wordt hier te riskant."
Bij bijzondere operaties werkt CRG met voormalige agenten van de Britse elite-eenheid SAS (Special Air Service), die kunnen worden ingezet bij bijvoorbeeld de evacuatie van werknemers van wie de veiligheid acuut gevaar loopt. Zo zijn direct na de aanslagen tientallen Nederlandse ontwikkelingswerkers uit Afghanistan gerepatrieerd. De aanslagen en de oorlog hebben ook geleid tot de (noodgedwongen?) verhuizing van tientallen Nederlandse bedrijven. De plotselinge verandering van kantoor of woning, was ingegeven door de angst voor aanslagen op de oude locatie. Kruijssen: "Wat we zagen was dat bedrijven zich plotseling realiseerden dat ze direct naast of achter de vestiging zaten van een Amerikaans consulaat of ambassade, of in hetzelfde gebouw. Ook zijn er Nederlandse bedrijven die wilden vertrekken uit hoge kantoorgebouwen of een Word Trade Center. Ik vind dat niet terecht."
Een apart probleem vormt de 'travel policy' van grote Nederlandse ondernemingen. Wél of juist níet vliegen? Boris Kruijssen: "Er zijn veel spookverhalen en geruchten waar bedrijven hun reisbeleid serieus op hebben afgestemd. Bijvoorbeeld: kom de hele volgende week niet in Maleisië. Of: ga komend weekeinde niet naar Londen! En dat puur op basis van geruchten".
Of, ook twee maal gebeurd: leden van de raad van bestuur die het, door henzelf afgekondigde, reisadvies opvolgen en niet gezamenlijk in één vliegtuig stappen voor een belangrijke vergadering in Amerika. Maar de volgende dag wel gezellig samen in de Business Class van één vliegtuig naar een golftoernooi in Europa.