BRUSSEL - De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) verwacht pas in 2003 een duidelijk herstel van de economische groei en de export. Volgend jaar zal de situatie nauwelijks verbeteren en de investeringen zullen zelfs de komende jaren achter blijven lopen bij de groei.
Dat schrijft de organisatie in haar gisteren verschenen World Economic Outlook, waarin de economische situatie van de 30 aangesloten industrielanden wordt doorgelicht. De OESO is daarmee de eerste die 2002 als jaar van economisch herstel afschrijft. De meeste economen en instituten gaan er vooralsnog vanuit dat de economie in de tweede helft van komend jaar weer zal aantrekken.
De terreurdaden hebben de wereld volgens de OESO echter een veel zwaardere slag toegebracht. De economieën van de OESO-landen zullen in de tweede helft van dit jaar voor het eerst in twintig jaar iets krimpen en blijven begin volgend jaar nog heel zwak. Over heel 2001 wordt voor het OESO-gebied een economische groei verwacht van 1% tegen een eerdere schatting van 2% in mei.
Het Nederlandse kabinet wordt door de in Parijs gevestigde OESO opgeroepen de arbeidsparticipatie te vergroten en een politiek van loonmatiging te voeren. De krappe arbeidsmarkt in Nederland kan de komende jaren een belemmering worden voor economisch herstel, aldus de organisatie. Met haar hoogste inflatie binnen de EU en dientengevolge aanhoudende druk op de lonen, is Nederland een zorgenkind. Als de huidige ontwikkeling doorzet wordt de concurrentiekracht van ons land geschaad.
Voor Nederland ziet de OESO dit jaar 1,4% groei, een fractie minder dan de 1,5% van het CPB. Maar minister Zalm (Financiën) zei het afgelopen weekeinde bij een IMF-vergadering in Ottawa dat die 1,5% vermoedelijk niet zou worden gehaald. Voor volgend jaar komt de OESO dan op 1,6%, iets meer dan de 1,3% die het IMF voorziet voor de hele eurozone. De Nederlandse groei in 2002 wordt gevoed door de belastingverlagingen die de consumptie een impuls geven.