BRUSSEL - De banken zijn 'onaangenaam getroffen' door het besluit van de Europese regeringsleiders eind vorige week in Gent dat het internationale betalingsverkeer flink goedkoper moet worden als de euro er daadwerkelijk is. De banken sputteren al een tijdje tegen en werden in hun strijd gesteund door de Europese ministers van Financiën, die beaamden dat overboekingen over de grens inderdaad duurder zijn omdat de betalingssystemen van de banken niet op elkaar aansluiten.
Zij gaven de Europese Centrale Bank de opdracht een onderzoek te doen en te kijken hoe die systemen beter op elkaar inpasbaar zijn.
Volgens de Nederlandse minister Zalm is dat een beter middel om de kosten omlaag te krijgen dan een gedwongen prijsmaatregel die eurocommissaris Bolkestein (Interne Markt) wil nemen.
Hij wil dat per 1 januari de kosten van het betalingsverkeer in binnen- en buitenland gelijk lopen. Volgens Zalm houdt dat het gevaar in dat Nederlanders straks ook voor binnenlandse betalingen moeten gaan betalen, iets wat nu nog gratis is.
De banken halen hun kosten eruit door overboekingen valutair één dag 'vast' te houden zodat ze zelf de rente hebben.
De meeste ministers zagen een gedwongen prijsmaatregel niet zitten, maar de regeringsleiders willen nu toch dat ze voor de Belgische eindtop in Brussel medio december met voorstellen komen om grensoverschrijdend betalingsverkeer in elk geval een stuk goedkoper te maken. Nu is men per transactie vaak nog vier tot vijf tientjes kwijt.
De Europese Federatie van Banken in Brussel werkt nu aan een alternatief, maar men vreest dat daar toch niet meer naar geluisterd wordt en dat de banken worden gedwongen verlies te nemen op buitenlandse overboekingen.
"Dit is pure demagogie. Iedereen wil minder betalen, ik wil voor mijn auto ook minder betalen. Maar we hebben nu eenmaal te maken met een vaste kostprijs tussen corresponderende banken", aldus secretaris Bomcke van de Europese Federatie van Banken gisteren.