DEN HAAG - Minister Vermeend (Sociale Zaken) gaat de cao-fondsen van werkgevers en werknemers nauwlettend in de gaten houden. Volgens de PvdA-bewindsman is er echter geen sprake van grootschalige misstanden. Beschuldigingen dat de bonden en werkgeversclubs de vele miljoenen voor onder meer opleiding en kinderopvang in hun eigen zak steken, zijn in de ogen van de bewindsman indianenverhalen.
Het VVD-Kamerlid Wilders, die al maanden bezig is met een eigen onderzoek naar de bestedingen van de fondsen waaraan alle werkgevers en werknemers verplicht meebetalen oogstte gisteren in de Tweede Kamer zowel lof als hoon voor zijn kruistocht tegen de cao-fondsen. Volgens de liberaal wordt veel geld helemaal niet aan de doelen besteed die zijn afgesproken. Hij wil de onderste steen boven en eist een diepgaand onderzoek naar de bestedingen van de afgelopen zeven jaar.
Vermeend meent dat het allemaal wel meevalt. "Ik heb helemaal geen behoefte aan dit debat. Dit land doet het redelijk goed", aldus de minister. Wél vindt Vermeend net als Wilders dat de bestedingen beter moeten worden getoetst.
Jaarstukken
Om te beginnen moeten de jaarstukken van de fondsen openbaar worden. Verder zijn ze verplicht om jaarlijks een accountantsverklaring te laten opstellen dat het geld is uitgegeven aan de juiste doelen. Als blijkt dat aan al deze eisen niet wordt voldaan, is Vermeend van plan om de cao-fondsen niet langer algemeen verbindend te verklaren.
Een onderzoek naar het verleden ziet Vermeend niet zitten. Hij wordt daarin gesteund door een Kamermeerderheid.
De Tweede Kamer vindt verder dat de doelen van de fondsen beter moeten worden omschreven. Nu zijn ze vaak zo vaag, dat een fatsoenlijke accountantscontrole niet eens kan plaatsvinden. Minister Vermeend onderzocht 55 fondsen in uiteenlopende branches. Het merendeel van het geld ging naar opleiding en ontwikkeling, maar ook een fors deel (120 miljoen) ging naar de sociale partners zelf. |