DEN HAAG - Minister Borst (Volksgezondheid) versoepelt de regels voor Molukkers die in aanmerking willen komen voor de eenmalige excuus-uitkering van 3000 gulden.
Onder Molukkers was grote commotie ontstaan, omdat velen niet per 1 januari 1967 de Nederlandse nationaliteit hebben aangenomen. Dat leek voor het kabinet aanvankelijk wel een voorwaarde om het bedrag uit te betalen.
Het kabinet trekt een bedrag van 385 miljoen gulden uit voor 'Het Gebaar', een soort verontschuldiging aan de Indische gemeenschap omdat vorige regeringen te weinig oog hebben gehad voor de situatie van deze immigranten, die tijdens de Japanse bezetting in Nederlands-Indië woonden en in veel gevallen in Jappenkampen waren geïnterneerd.
Nu krijgen ook de Molukkers die na de Japanse bezetting in Nederland zijn komen wonen een uitkering, ook al hebben ze niet sinds 1967 de Nederlandse nationaliteit. Volgens minister Borst worden Molukkers die geen Nederlander zijn maar hier wel wonen, nu al op grond van de 'wet betreffende de positie van Molukkers' behandeld als Nederlanders. De D66-bewindsvrouw heeft volgens haar woordvoerder nooit bedoeld om deze mensen uit te sluiten van de eenmalige uitkering.
Voor de individuele uitkeringen is 350 miljoen beschikbaar. De overige 35 miljoen is bestemd voor projecten. De uitbetaling wordt geregeld door de commissie onder leiding van oud-VVD-Kamerlid Sari van Heemskerck. Ook nabestaanden komen in aanmerking als de rechthebbende is overleden na 11 december 2000. Naar schatting komen enkele duizenden Molukkers en Indische Nederlanders in aanmerking voor de uitkering. Vanaf november kunnen de aanvragen worden ingediend bij de commissie-Heemskerck. Deze zal ze beoordelen en zo mogelijk al in december beginnen met uitbetalen.